Coast2Coast2Coast: Maandag 28 april

Newcastleton-Carlisle (62 km totaal 206,5 km)

Nor were these hills high and formidable only, but they had a kind of an unhospitable terror in them. Here were no rich pleasant valleys between them, as among the Alps; no lead mines and veins of rich oar, as in the Peak; no coal pits, as in the hills about Hallifax, much less gold, as in the Andes, but all barren and wild, of no use or advantage either to man or beast.

Daniel Defoe A Tour Thro’ the Whole Island of Great Britain (1724-27), Letter 10.

We hebben gisterenavond een prima tijd gehad in onze eigen lounge. Het vuurtje was flink opgestookt en de banken zitten lekker. Ook het ontbijt vanochtend is buitengewoon goed. We doen ons tegoed aan vers fruit en ik neem nog een bescheiden Engels ontbijt. Wat ons betreft staat deze B&B op nummer een.

Als compensatie voor gisteren hebben we vandaag alleen maar heerlijk glad asfalt. Het kenmerk van de ochtend is klimmen en dalen. En dat begint al meteen in de eerste kilometers. Daar krijgen we als een soort van tweede ontbijt gelijk 15% voor de kiezen.

We zitten nog steeds in het Northumberland Park en het landschap is nog steeds leeg. Op de onuitputtelijke voorraad schapen na dan. 

En zo komen we na een kilometer of vijftien bij Bewcastle. En het is niet wat we verwachten.

Bewcastle is bekend van het kasteel en het kruis. We verwachten een bruisend dorp met pubs, winkels en rondleidingen. Wat we zien als we aankomen is één boerderij, een hoop stenen en daarachter de contouren van een kerkje. Even de perceptie bijstellen.

Bewcastle Castle (ja, het hoort zo dubbel achter elkaar, het is tenslotte een kasteel met een naam in een dorp met een naam) is er al heel lang. Het blijkt dat er voor Christus al een nederzetting was en tijdens de Romeinse tijd is er een fort geweest wat een onderdeel uitmaakt van de verdedigingswerken van keizer Hadrianus. In de veertiende eeuw is hier een kasteel op de restanten van dit fort gebouwd. Daarna is het vele malen veroverd en heroverd. Uiteindelijk eindigen deze kastelen altijd in een puinhoop tenzij er een geldschieter gevonden wordt voor de restauratie. Dat is hier duidelijk niet gelukt en het is nu eigendom van de naastliggende Desmesne Farm. We lopen even tussen de ruïnes waarbij we de schapen, eenden en kippen verjagen. Lastig voor te stellen dat dit ooit een magnifiek bolwerk was.

Dan door naar Bewcastle cross. Volgens de opruiende poster is het een van de twaalf belangrijkste historische monumenten van Engeland. Bij dit soort zinnen wordt ik altijd een beetje cynisch. Ze zullen dan wel op nummer twaalf staan want als ze nummer vijf zijn dan had er wel gestaan ‘een van de vijf belangrijkste’. Maar goed, dat doet er niet toe. Het Bewcastle cross is de onderkant van een metershoog kruis van zandsteen dat vol met historische graffiti staat. Een beetje als Ruthwell cross wat we een paar jaar geleden hebben bezocht.  

Je zou verwachten dat het hier vol staat met toeristen om deze attractie te bekijken, maar we zijn de enigen. Het geeft ons alle tijd en ruimte om rond te kijken bij de exhibition die in de ruimte ernaast is. Daar leren we dat het kruis waarschijnlijk een christelijke oorsprong heeft vanwege de religieuze figuren erop. Er zijn ook runen die vertaald worden met ‘This slender pillar of Hwaetred, Whaetgar and Alwfwold, set up in memory of Alefrid, son of Oswy, pray for them, their sins and their souls’. En dat doen we dan ook met een kop koffie op het bankje ernaast.

Geheel lichamelijk en geestelijk verfrist gaan we verder. Eerst nog in de leegte van het park, maar al snel komen we meer in gecultiveerd gebied. Het fijne is dat de weg langzaam daalt en we steeds minder steile klimmetjes hebben. 

Zo rollen we langzaam Heathersgill binnen. Volgens de beschrijving een dorp ‘waar de tijd stil lijkt te staan’. En inderdaad, als ik in de huizen naar binnen kijk, dan is er geen klok of hij staat stil. Ook hier bezoeken we de kerk even maar God is er niet want de deur is op slot. Voor ons aanleiding om een tweede koffie te maken op het bankje voor de deur. Ondertussen komt de zon door en dat zet het landschap in een wat vriendelijker licht.

Weer een stukje verder is Kirklington. Alweer een kruispunt met een kerk en één huis. Volgens de beschrijving een van de meest fotogenieke plekjes. Reden voor ons om meerdere foto’s te maken. Oordeel zelf maar of de tekst waar is of niet. 

Hier is wel de deur van de kerk open, dus we kijken even binnen. In vergelijking met de rooms katholieke kerken zijn deze maar karig versierd. Het valt me inmiddels wel op dat al de kerken hier van St. Cuthbert zijn. Alsof hier nooit andere heiligen geweest zijn. Alleen Maria weet er ook een handjevol te claimen maar verder blijft het een monopolie van de Sint.

We zijn nu weer in ‘normaal’ gebied. Overal is er wel bebouwing in het zicht, akkers zijn geploegd en, naast de schapen, staan er ook koeien in de wei. Nu pas merken we hoe fijn en bijzonder het in het ‘lege’ park was. Leegte om je heen, geeft ook leegte en rust in het hoofd. Hier is het ook mooi, maar anders mooi. Dit lijkt meer op onze normale manier van fietsreizen terwijl we ons gisteren echt alleen op de wereld waanden.

Voordat we bij Carlisle, ons einddoel van vandaag, zijn komen we nog door Rockcliffe. Dit is niet een klif van rots, maar van rode steen. Want dat is de steensoort die hier in de buurt gewonnen wordt. In tegenstelling tot de gele zandsteen die we tot nu toe tegenkwamen. De kerk van Rockcliffe laten we even links liggen. Voor vandaag heb ik genoeg huizen van de heer gezien. We gaan door naar Carlisle en daarbij komen we de eerste Millenium paal tegen. Dit is een van het tweede type. Eerder hebben we de andere typen al gezien. Het maakt me altijd een beetje opgewonden als we er een tegenkomen.

Intermezzo milleniumpalen

Langs de Reivers en andere routes van het National Cycle Network vind je allerlei verschillende vreemde gietijzeren mijlpalen. Palen die in verschillende ontwerpen en uitvoeringen zijn gemaakt. De mijlpalen of mileposts vertellen wat Sustrans verstaat met het ‘Tijdspad’ (Time Trail). Deze mijlpalen worden steeds gebruikt bij de opening van een nieuw stuk van de tot 2005 geplande route en gebruikt als markeringspunt.

Vanaf het begin in het voorjaar van 2001 zijn er nu ongeveer 1000 geplaatst. Bijna alle ontwerpen van de mijlpalen lijken qua uitstraling nog het meest op middeleeuwse stenen kruisen.

                

Er zijn vier verschillende ontwerpen van de mijlpalen. Elke paal beeld een verschillend thema uit het verleden uit.

De eerste mijlpaal werd ontworpen door John Mills en wordt: “The Fossil Tree” genoemd. Deze paal heeft de vorm van een abstracte boom en is versierd met in reliëf uitgebeelde fossielen die de passage in tijd van vroege primitieve schepselen weergeeft naar de uiteindelijke ontwikkeling van de op fossiele brandstoffen aangedreven technologie.

 De Schotse beeldhouwer Iain McColl ontwierp de tweede mijlpaal getiteld de Cockerill. Dit ontwerp is beïnvloed door Miro’s ‘vork’ en Branusci’s ‘haan’.

 De derde mijlpaal is gemaakt door Andrew Rowe, een kunstenaar uit Wales. Zijn ontwerp is gebaseerd op de zeevaart en de industriële erfenis uit het inheemse Swansea en heeft vier richtingflenzen.

 De laatste mijlpaal is getiteld “tracks” (sporen) en is gemaakt door de kunstenaar David Dudgeon uit Belfast. Het hoofdontwerp toont sporen in een verlaten landschap, die zijn achtergelaten door fietsers en wordt gecomplementeerd door een stuk tekst die verteld over de sensationele ontdekkingen en observaties tijdens het reizen door de diverse milieus.

Ondanks dat elke mijlpaal door een kunstenaar uit een van de vier landen is ontworpen, zijn alle mijlpalen verdeeld over het gehele Verenigde Koninkrijk. Op alle mijlpalen zijn gegraveerde metalen schijven te vinden met een beeltenis of brief; Die stuk voor stuk betrekking hebben op een thema in de tijd. 

Volgens planning komen we in Carlisle (vandaag heb ik ook een korte route gepland)tegen half vier aan. Het is wel weer even zoeken in zo’n grote stad met veel verkeer maar we komen toch langzaam in de buurt van het centrum. Ik heb hier voor £40 een hotel geboekt. Wat mag je voor dat bedrag verwachten? Hierin wordt ik niet teleurgesteld als ik het hotel zie. Laten we het zo stellen; als ik op Google streetview dit beeld had gezien, dan had ik nooit geboekt. Maar schijn bedriegt. Het mag er dan van buiten wat minder uitzien, van binnen is het schoon en netjes. Wel wat vergane glorie, maar dat zie ik niet want ik wordt afgeleid door de tatoeage van het meisje bij de receptie. Boven haar borst staat een zin die begint met ‘The…’. Ik durf nog niet te vragen wat er verder staat. Misschien morgen. De fietsen mogen binnen staan en na het douchen gaan we de stad in. We zijn net name geïnteresseerd in ’the cursing stone’ en daarvoor moeten we weer even terug naar ’the Reivers’.

De hoofdoorzaak was eigenlijk dat als een clanhoofd overleed, de bezittingen tussen de, vaak vele, zonen verdeeld moesten worden. Je kunt je voorstellen dat je na een paar generaties een stuk land ter grootte van een postzegel overhoudt. Daar kun je niet van leven. Dan maar roven van de buurman of zelfs van je eigen familie. Op den duur werd dit een groot probleem. Zo groot dat de bisschop er op een gegeven moment een vloek over uitsprak. En daar maakte hij geen half werk van. Het werd een vloek van meer dan duizend woorden. Een kleine bloemlezing:

“I curse their head and all the hairs of their head; I curse their face, their brain (innermost thoughts), their mouth, their nose, their tongue, their teeth, their forehead, their shoulders, their breast, their heart, their stomach, their back, their womb, their arms, their leggs, their hands, their feet, and every part of their body, from the top of their head to the soles of their feet, before and behind, within and without.”

Op de steen staat de volledige tekst die je ook hier kunt terugvinden. Op de vloer staan de namen van de Reivers families.

Overigens hielp dit gevloek natuurlijk weinig. Beter waren de methoden van de Engelse koning die gewoon de grootste raddraaier en zijn elf zonen ophing. Leuk detail is dat een van de Reivers het uiteindelijk in de ruimte heeft gezocht. Neil Armstrongs was een afstammeling van de Armstrong familie die berucht en bekend was als Reiver. Meer informatie over de Reivers vind je hier

De rest van de tijd in Carlisle vullen we met een bezoekje aan het kasteel en de cathedraal. 

Leuk, maar niet bijzonder. Net als het centrum van deze stad. Het is eigenlijk meer een industriestad dan een toeristische trekpleister. We eten een heerlijke Indische maaltijd en eindigen in een luxe pub waar dit verslag gemaakt is. Morgen hopen we de Reivers route min of meer af te ronden. Dan arriveren we bij de Ierse zee. Eindelijk weer een dag met een normaal aantal kilometers.

3 gedachten over “Coast2Coast2Coast: Maandag 28 april

  1. Gert zegt:

    De plaatjes van de mile-poles zijn niet zichtbaar in het verslag. Ook kon ik de term sustrans niet plaatsen. Heb de plaatjes gevonden op
    http://www.sustrans.org.uk/ncn/map/information/national-cycle-network/mileposts

    Toen je vertelde dat bij het overlijden van een Reivers clanhoofd de bezittingen onder de zonen verdeeld werden verwachtte ik daarna een opmerking over hereboeren in Groningen en keuterboeren in Drenthe. Niet dus.

    Je kunt overwegen het achterhalen van de tatoeagetekst over te laten aan je betere helft.

  2. Gert zegt:

    Hans, ik krijg bijgedachten als jij opschrijft dat je een beetje opgewonden raakt, zeker als direct daaronder een fallisch object te zien is.

Leuk als je reageert