Zondag 5 april: Van Laren naar Apeldoorn (73 km).
Als we opstaan, staat het ijs op de ramen. Het moet vannacht toch zeker een paar graden gevroren hebben. Maar de blauwe lucht voorspelt een mooie dag. Een belofte die stand houdt. We krijgen een waardig paasontbijt voorgezet. Alles erop en eraan. Beter dan we thuis zouden maken. Met de buik vol kunnen we op pad.
Ik trek daarbij bijna alles aan wat ik mee heb. Zweethemd, T-shirt, trui, fietsjas, donsjas en regenjas. Zo trotseer ik de kou van de eerste uren. Het landschap maakt veel goed. Mooie heldere vergezichten. Kwetterende vogels. En snavelende ooievaars. De route voert door lange lanen met hoge bomen. Zo heb je ze in Groningen niet. En als ze straks allemaal in het blad staan, dan is het hier nog mooier.
Voor vandaag hebben we officieel maar één bezichtiging op het programma staan. En hier rijden we zeker 50 kilometer voor om. Is dat het waard? Ja, het gaat ons immers om de reis, niet om het doel. Zelfs als het zo iets banaals is als het ‘Willy Dobbe plantsoen’, beleven we veel plezier aan het fietsen. Maar ook zonder een uitgebreid programma komen we voldoende interessante dingen tegen. Door de caches leren we telkens weer wat nieuws.
Nu leidt een schat ons naar een locatie van een geheime lanceerinstallatie. Op deze plek werden aan het einde van de tweede wereldoorlog ongeveer 400 V1’s afgeschoten. Via een startbaan van 46 meter werden ze onder een hoek van zes graden versneld tot 250 km per uur. Alles werd in het geheim gedaan. De mensen die hier woonden moesten binnen acht uur hun boeltje pakken en opzouten. Toen de Duitse nederlaag in zicht kwam is de installatie opgeblazen en kwam men er eindelijk pas achter wat hier gebeurd was.
Een volgende cache brengt ons bij het zwarte hekke. Vroeger werd die gebruikt om een privé weg af te sluiten. Toen het van zandweg naar klinkerweg ging, was het zomaar opeens een openbare weg. Het hek verdween fysiek, maar niet in de geheugens van mensen. De naburige bewoners worden nog steeds de familie van ‘de zwarte hekke’ genoemd. Daarom is hij nu weer teruggebracht in het landschap. Niet als afsluiting van een weg, maar wel als monument.
Hierna krijgen we een aantal caches die IJssellinie als thema hebben. We dachten dat dit ook met de tweede wereldoorlog te maken had maar dat hebben we helemaal mis. Tijdens de koude oorlog (1948-1989) was men bang voor een Russische invasie. Er werd toen een plan ontwikkeld om een vijf tot tien kilometer brede strook onder water (inundatie) te kunnen zetten. Over een lengte van 126 kilometer (!). Dat hiervoor dan 400.000 mensen moesten evacueren was bijzaak. Men is jaren bezig geweest dit aan te leggen. Bunkers werden ingegraven en ook tanks werden in beton gestort als verdedigingswerken. Dit alles kreeg de naam de IJssellinie en is grotendeels weer afgebroken omdat de kou uit de lucht ging en het niet meer nodig was. Dit alles lezen we tijdens het schatzoeken. Mooie hobby!
Uiteindelijk komen we bij het Willy Dobbe plantsoen in Olst. Deze heeft meerdere dubbele bodems:
Willy Dobbe was een presentatrice uit de jaren ’70. Begonnen als omroepster en later presenteerde ze het spelprogramma ‘Zevensprong’ en het Eurovisie songfestival dat in Nederland werd gehouden in 1970.
Zij was inspiratie voor de buitenscènes uit het VPRO programma ‘de lachende scheerkwast’. Deze speelde zich af in een plantsoentje met haar naam. Dit alles bedacht door Wim T. Schippers. Ook bekend van de serie Waldolala (met Sjef van Oekel) en als presentator van de wetenschapskwis.
Toen er in Olst ruzie ontstond over de naamgeving van straten werd het plantsoentje door de lokale herensociëteit (v/h de nuts neut) aangeboden. In 1997 is het officieel geopend door Wim T. Schippers én Willy Dobbe. Het ligt aan de rand van een nieuwbouwwijkje. Twee witte bankjes, wat perkjes, een fiets en wat braaksel (ode aan Sjef). Je moet er eens in je leven geweest zijn!
Bij Olst nemen we de pont over de IJssel. Er zijn prachtige surrealistische wolkenluchten vandaag.
Met een grote boog gaan we naar Apeldoorn. De fietsrouteplanner brengt ons op mooie plekjes. Met een spectaculair uitzicht eten we onze bammetjes.
Daarna gaan we het Gortelse Bosch (oude spelling) in. Omdat ik hier voor een natuurroute gekozen heb, gaan we dwars door de bossen. Dus veel zandpaden. Ondanks dat het eerste Paasdag is én mooi weer, zijn er toch maar weinig mensen op pad. We ploeteren dus voornamelijk alleen door de modder.
Apeldoorn zien we helemaal. We komen in het noorden binnen. Omdat we veel te vroeg zijn, brengen we nog wat tijd door in het Verzetstrijderspark met een kopje thee in de zon. Daarna naar het zuiden van de stad.
Ons overnachtingsadres is weer een verrassing. Sliepen we eerder deze week in een tweede-hands winkel. Nu slapen we in het atelier van een kunstenares. Omringd door schilderijen ligt er een heerlijk bed op ons te wachten. We zullen er vast weer heerlijk slapen. Morgen de laatste etappe.
Noot:
Deze blog maakt deel uit van een serie van artikelen over bijzondere plekken in Nederland. Het overzicht van alle plekken kun je vinden op mijn website. Daar kun je ook info-boekjes, kaartjes en gpx (route) bestanden downloaden.
Ik had me het Willy Dobbe plantsoen anders voorgesteld. Pollens!
Hans, het was weer een fantastisch reisverslag. Met als hoogte punt natuurlijk he Willy Dobbe platsoen. Ik overweeg nog om mijn vakantie bestemming aan te passen.