Zaterdag 1 augustus: Van Esquelbecq naar Nieuwpoort

Met wat weemoed verlaten we de camping. Het is wel een erg mooi plekje hier, waar we ons erg thuis voelden. Maar goed, er is geen ontkomen aan. We moeten verder.

Vandaag fietsen we grotendeels langs de IJzer. In Esquelbecq is het nog een stroompje waar je zo naar de overkant kunt springen. Maar gedurende de dag zal het groeien tot een behoorlijke rivier.

Wormhout is het eerste dorp dat we tegenkomen. Bekend van de oudste windmolen van Vlaanderen én van de wenende Maria. Dat dit in 1406 gebeurde en dat ze daar nu nog steeds roem van willen trekken, is een beetje sneu. We gaan toch even kijken bij de St. Maartens kerk. Het is wederom een optocht van Maria’s in de kerk. We zien nergens tranen meer, maar een staat meer in de schijnwerpers dan de anderen. Dat zal de huilebalk dan wel zijn en in 600 jaar zijn de tranen wel weg.

Wat ik veel merkwaardiger vind is dat er ook een engel met een nijptang staat. Wat!? Ja, een nijptang. Nu weet ik dat Jezus met spijkers aan het kruis hing, maar dat ze toen ook al nijptangen hadden is toch wat schokkend. Was dit een timmer-engel? Of een tandarts-engel en trok hij er tanden mee? Een raadsel wat me de rest van de dag bezig houdt.

In Bambecque willen we ook even in de kerk kijken. Volgens de gids heeft het een mooi interieur. Maar de kerk zit op slot. Ik blijf dat gek vinden, een kerk die op slot zit. Stel dat je met hoge nood moet bidden? Ik dacht dat het huis van God altijd open stond. Maar niet in Noord-Frankrijk waar ook de Maria’s als criminelen achter tralies opgesloten worden.

Iets verderop vindt er een blijde gebeurtenis plaats. Het tellertje van Mevr. vd Veeke gaat voor de tweede keer door de 10.000 km grens. Dit vinden we een feit dat we feestelijk met gebak moeten vieren. En dat doen we samen met de Maria-smurf. Ze wil geen gebakje, maar gezellig dat ze erbij was.

Tijdens de feestelijkheden hebben we natuurlijk een prachtig uitzicht.

In Oost-Capel gaan we op zoek naar de grenspalen uit 1819. Deze zouden voor de kerk moeten staan maar we kunnen ze niet vinden. Het blijkt dat we bij het verkeerde dorp zijn. Een ontzettend aardige bejaarde mevrouw vertelt ons dat we in Roesbrugge zijn. We zijn dus ongemerkt (zelfs met de gps heb ik het niet doorgehad) in België gekomen. Vandaar dat we de mensen ineens kunnen verstaan en de borden weer leesbaar zijn. Het illustreert ook hoe slecht het routeboekje (Bas van der Post) is. De kaartjes zijn niet te volgen, de teksten noemen plaatsen die niet op de kaart staan en de foto’s zijn soms tenenkrommend. Zonder gps was ik allang de weg kwijt geweest en nu dus een hele grens.

Bij Fintele maken we koffie. Het is bekend van de overtoom. Hier werden schepen over land getrokken van de rivier de IJzer naar de Loovaart. Later is hier een sluis voor gebouwd. Dat ze van het echte handwerk hielden bewijst ook de hooipiete. Dit was een brug waarvan de planken afgebroken moesten worden als er een schip langs kwam. Hij ligt nu als een stapel hout langs de kant.

Bij de Knokkebrug gaan we weer over de IJzer. Hier stond vroeger fort Knokke die in de 16e eeuw moest voorkomen dat de Spanjaarden het land binnenvielen. Het heeft jaren geduurd voor Sinterklaas het land weer in kon.

Diksmuide zien we al van verre door zijn grote IJzertoren. Het is een monument tegen de oorlog. Op vier kanten staat in vier talen Nooit meer oorlog. Maar daarnaast is het ook een symbool van de verzelfstandiging van Vlaanderen. Op de toren staat in grote letters AVV/VVK wat staat voor Alles Voor Vlaanderen / Vlaanderen Voor Kristus. De toren is trouwens een nieuwe versie die na de Tweede Wereldoorlog is gebouwd nadat de eerste opgeblazen was. De ruïne van de oude wordt als monument bewaard en in de restanten is een crypte waarin de stoffelijke resten van enkele bekende soldaten is opgeborgen. Naast al dit oorlogsgeweld is Diksmuide een stadje met een mooi herbouwde grote markt. Het heeft als bijnaam boterstad vanwege de boter en de kaas die er geproduceerd wordt.

We gaan niet snel een museum in maar bij de Dodengang kijken we toch even. De meneer van het museum spreekt ons streng toe als we een kaartje voor vier euro kopen. We moeten hier minstens een uur besteden. In de eerste wereldoorlog is hier een loopgravenoorlog geweest die volledig escaleerde. Achteraf vraag je je af waar men mee bezig was, maar toen was het net als de kikker in heet water. Als je maar langzaam opwarmt, komt het niet in de kikker op om eruit te springen.

Op slechts een paar vierkante kilometer werd een gruwelijke strijd onder erbarmelijk omstandigheden uitgevochten. De expositie laat het in verhalen, foto’s en films zien. Daarnaast zijn de werkelijke loopgraven hier nagebouwd. Wij zouden niet overleven hier. Door onze lengte steken we boven de loopgraven uit en zou binnen de kortste keren het hoofd eraf geschoten worden.

Over het voormalige spoortraject Nieuwpoort-Diksmuide steken we een stukje af. We gaan niet naar Veurne maar rechtstreeks naar Nieuwpoort. Hiermee korten we de kilometers van vandaag in van over de 100 naar iets van zeventig. Lang genoeg vinden we.

Nieuwpoort is natuurlijk bekend van de slag bij Nieuwpoort. Grappig detail is dat Maurits in 1600 op weg was naar de piraten die de kust onveilig maakten en en-passant op het Spaanse leger stuitte. En toen die maar even versloeg. Een keerpunt in de geschiedenis. Er is veel gevochten om de plekken hier door Engelsen, Fransen, Duitsers, Nederlanders én Oostenrijkers. Het stadje zelf is niet groot, maar wel mooi. Op weg naar de camping gaan we even over de grote Markt met zijn prachtige gebouwen.

De camping ligt iets buiten de stad en is een bezienswaardigheid op zich. Niet eerder stonden we op zo’n reusachtige camping. Er zijn hier meer mensen dan in Baflo wonen. De dame bij de receptie kijkt wat twijfelend want de meer dan 1000 (!) plekken zitten eigenlijk vol. Ze heeft nog een plekje op een tentenveldje. We krijgen plek 1055A (dus B en C kunnen ook nog komen). Met €14 is hij niet duur en de faciliteiten zijn goed. Op het tentenveldje staan meer fietsers en het is er best knus. Je hebt niet het idee dat je op een grote camping staat.

We koken er een potje van tortellinie met pesto/kip saus en een selderijsalade. Ons plekje is in de onder- en opgaande zon, dus helemaal goed.

Getallen van de dag
Aantal kilometers: 70,8 (totaal 1395)
Afstand tot Baflo: 356 kilometer (hemelsbreed)
Aantal hoogtemeters: 107

kaart-23

0 gedachten over “Zaterdag 1 augustus: Van Esquelbecq naar Nieuwpoort

Leuk als je reageert