There is no place like home but that is no reason to stay.
Met spijt in het hart nemen we afscheid van Esther, Lamberto en Ruth. Het was wel erg gezellig hier. En ook erg comfortabel. Maar de weg lonkt en er is geen reden om langer te blijven hangen. We laden de fietsen op, zeggen goeiendag en gaan.
Het weer is goed, wel een harde woei en een temperatuur die net de 11 graden haalt. Handschoenenweer. We gaan eerst naar Stavanger om daar de veerboot naar Tau te nemen. Het is ongeveer 17 kilometer en al snel zitten we op een mooi fietspad langs het fjord dat ons midden in Stavanger brengt.
In Stavanger zien we nu een ander gedeelte van het centrum. Door de stad heen zagen we gisteren al Banksy-achtige graffiti, maar dit is wel een hele fraaie.
Bij de boot is het druk. Een lange rij auto’s waar we gelukkig langs kunnen. Maar ook met voetgangers is het drukker dan we tot nu toe meegemaakt hebben. Je moet benedendeks een kaartje kopen en ook daar is het dringen. De overtocht is overigens niet duur (Nok 106) maar het is wel erg fris onderweg. En omdat onze fietsen op de enige plek met uitzicht staan, is het daar erg gewild.
Vanuit Tau naar de camping is ook ongeveer 17 kilometer. Een groot deel gaat over de enige grote weg die hier loopt. Soms op en soms neer. Een cache geeft onderweg nog wat afleiding. Het is bij een eeuwenoude eik, die zo hol is dat je erin kunt staan.
In Jorpenland doen we boodschappen. Ze verkopen ook gebraden kippetjes. Die schaffen we eentje aan en in een haven verderop maken we hiervan onze warme maaltijd van de dag. Samen met een salade en een cider zitten we heerlijk te smikkelen.
Het is nog een klein stukje naar de camping. Inmiddels zitten we weer op kleinere wegen en de uitzichten worden weer fraai.
Voor camping Preikestolen moeten we alvast een stukje klimmen. Bij het inschrijven waarschuwen ze dat het wat nat is. Dit is een understatement. Het is een grote camping en er is nauwelijks een plekje te vinden waar het water niet omhoog komt als je stil staat. Omdat we op tijd zijn, hebben we nog veel keus. Uiteindelijk vinden we een plekje dat net iets minder nat is dan de rest. De tarp gebruiken we als extra onderzeil. Op grote stukken van het veld is het gras compleet kapot gereden.
Langzaam loopt de camping vol. Af en aan regent het en moeten we even naar binnen. Zelfs met alle kleren aan is het kleumen buiten. Dus zoeken we het restaurant maar op. Daar is het lekker warm én hebben ze Irish coffee.
De weersvoorspelling voor morgen is erg goed. We lopen dan naar de Preikestolen omhoog en hopen op een mooi uitzicht. Voorlopig is het fijn om weer op de fiets onderweg te zijn én om weer in het tentje te liggen.
Getallen van de dag
Aantal kilometers: 49,3 waarvan 35,2 fietskilometers (totaal 1100)
Aantal hoogtemeters: 428
Camping Preikestolen (Nok 240/€ 25,80)
Die schaffen we eentje aan. Dit gaat over gebraden dood dier haal ik uit de context.
Volgens mij ging jouw taalvaardigheidsmodule even in de spaarstand toen je deze zin schreef. De zin doet me wel denken aan Schrödingers kat. Niet dood en niet levend. Want we weten immers niet of radioactief verval (toevalsproces) de gifcapsule in het kattenverblijf heeft doen barsten. Zolang er geen observatie plaats vindt tast je dus in het duister.
In dit geval is de vraag “Hans welke zin wilde je vormen?” het equivalent van de observatie.
Mocht je het bovenstaande onzin vinden dan wil ik je er wel op wijzen dat je je mannelijke nazaat stevig gesubsidieerd hebt om zich te buigen over dit soort waanin, waanzuit.
🤔
On the road again! Alles op de fiets, van handschoenen tot extra onderzeil. Wow.
Neem maar wat meer krachtvoeder dan kip Hans. Dat heb je wel nodig om naar boven te komen. Gelukkig is jullie conditie optimaal!😅