Zaterdag 22 april 2017
Burdaard – Franeker ( 53 km)
There is no spoon.
Ondanks dat het Mevr. de J. de eerste keer is dat ze gasten heeft, weet ze een uitstekend ontbijt te serveren. Met de buik vol stappen we om negen uur op de fiets. Het heeft vannacht wat geregend en het waait nog steeds flink. Dit geeft een ontzettend helder zicht en je kunt heel ver kijken. Iets wat later nog van pas komt. En het zijn mooie Hollandse luchten met een bijzonder licht. Prachtig om in te fietsen.
Omdat we eerst een stuk naar het zuiden gaan, hebben we wind mee. Wel heb ik de handschoenen aan want met krap zes graden is het niet echt warm. Met het fietspad langs de Dokkumer Ee komen we eerst in Bartlehiem. Bekend van de Elfstedentocht. Wij gaan niet onder de bekende brug door, maar er overheen.
Onze eerste stop is de scheve toren van Miedum. Officieel is dit de scheefste van Nederland maar omdat hij niet zo hoog is, valt het niet zo op. Hij staat bijna vijf graden uit het lood. Dit betekent dus met zijn veertien meter hoogte, helt hij meer dan een meter over.
Helaas krijgen we dit niet van dichtbij te zien want…
We moeten hiervoor de Ee oversteken met een pontje maar ik heb geen rekening gehouden met de tijden. De pont vaart pas om half elf en dan moeten we een uur wachten. De volgende mogelijkheid om naar de overkant te komen is pas in Leeuwarden. Daar gaan we dus niet op wachten en ook niet voor omfietsen. We blijven de LF3 aan deze kant van het water volgen.
Gelukkig is het helder en zien we hem in de verte in een bosje. Bovendien is het hartstikke gevaarlijk om er te dicht bij te komen. Stel je voor dat hij omvalt. Om jullie toch niet teveel teleur te stellen, hier kun je wat plaatjes vinden op internet.
Ik vind het elke keer weer verrassend hoe je op de fiets een stad binnen komt. Zo ook in Leeuwarden. Geen drukke wegen met stoplichten, maar vaak een mooi fietspad. En met graffiti om over na te denken (de kenners weten wat dit betekent).
Zo staan we ineens in het centrum van Leeuwarden waar het best gezellig is, ondanks dat de broden uit de marktkramen waaien.
We gaan eerst op zoek naar de Blokhuispoort. Sinds 1580 werden hier mensen opgesloten. Vaak onder slechte omstandigheden waardoor er veel sterfte was. In de 18e eeuw zaten de gevaarlijkste criminelen hier. Ze moesten zo in isolement leven dat ze zelfs bij het luchten een kap op kregen.
Maar er zijn ook veel ontsnappingen geweest. De bekendste is de bevrijding van 51 verzetsstrijders in 1944. Hier is zelfs een film van gemaakt (De overval).
In 1974 wist de Haagse meester-kraker, het genie van de thermische lans, Aage Meinesz ook te ontsnappen uit De Blokhuispoort. Door hulp van buitenaf was hij in het bezit gekomen van een snijbrander waarmee hij de tralies van zijn cel doorbrandde. Daar heeft iemand niet op zitten letten, anders snap ik niet hoe je zoiets naar binnen krijgt. Zo’n ding verstop je niet in je anus of zo.
Het was te duur om de gevangenis aan de huidige veiligheidsvoorschriften te laten voldoen, dus nu komen er allerlei kekke tentjes in. Als wij er zijn zitten ze nog volop in de verbouwing, maar het wordt vast mooi.
Op de markt doen we luxe met een koffie en een taartje. Daarna gaan we naar de Oldehove. Scheve torens lijken hier een eis van de welstandscommissie. Deze begon al tijdens de bouw in 1553 te verzakken. Ze probeerden dit bij het metselen op te lossen maar dat leverde niets op. Toen zijn ze maar gestopt en daarom ziet hij er nog steeds half af uit. En zo is hij honderden jaren blijven staan. Leuk detail is dat in 2006 hij vier millimeter de goede kant op is gezakt door de bouw van een parkeergarage.
We mogen nog een klein stukje naar het zuiden fietsen met de wind pal in de rug. Heerlijk vliegen we dan met 25+ km/uur over de weg. Toch stoppen we even als we wat moois zien. Onder andere deze ‘spin’ molentjes die water pompen. Het is open dag maar we zien geen mogelijkheid om aan de overkant te komen.
Iets verderop komen we een bemalingswindmolen tegen. Of eigenlijk een type windmotor. Naar Amerikaans model, in Duitsland gebouwd. Het is een stukje industrieel erfgoed en heeft in 2002 zelfs een eigen postzegel gehad. Vijf van deze vervingen halverwege de vorige eeuw zo’n vijftig (!) gewone molens. Nu is alles elektrisch en zijn ze niet meer nodig.
Voor we doorgaan naar Franeker, gaan we eerst nog naar het dorpje Beers. Ooit stond hier de state van de familie Unia. In de zeventiende eeuw afgebroken op de poort na. Jaren heeft het land braak gelegen maar in 1990 wilde men er toch weer wat mee. De kunstenares Bep Mulder maakte een silhouet op ware grootte van de voormalige state. Een Luchtspiegeling zogezegd.
Daarna is het alleen maar bikkelen tegen de wind in naar Franeker. Gelukkig is het nog steeds mooi weer. Afgezien van een buitje bij Leeuwarden hebben we het droog gehouden. En als je dat negeert, bestaat het niet.
In het dorpje Welsrijp zien we opeens een andere route naar Franeker. Veel leuker dan ik heb uitgestippeld maar er zit één nadeel aan. Je moet via een pont het Harinxmakanaal over. Nu heb ik een haat-liefde verhouding met pontjes. Als ze varen vind ik ze pittoresk. Als ze niet varen dan ben ik minder blij. Gelukkig is een van mijn motto’s ‘Google is your friend‘ en met even zoeken kom ik erachter dat hij vanaf vandaag in de vaart is. Dat is even mazzel hebben.
Via een mooi pad door het veld komen we bij de oversteekplaats. Met een belletje roepen we de pont en komen zo naar de overkant. In mijn hoofd zingt Drs. P. dan altijd even zijn bekende nummer.
Om half drie komen we Frjentsjer binnen. De vrienden op de fiets hadden geen ruimte voor ons, dus ik heb een hotel in het centrum geboekt. En warempel is het hier ook uitermate gezellig. Daar hebben we nu even geen tijd voor want we hebben nog een laatste missie vandaag.
In Franeker woonde in de zeventiende eeuw een slim mannetje. Eise Eisinga schreef op zijn 15e al een wiskunde boek en met 16 jaar een astronomieboek. Toen een dominee verkondigde dat de aarde zou vergaan omdat de planeten aan het snookeren gaan en de Aarde in de zon zou potten, besloot hij te bewijzen dat dit niet zo was door een planetarium te bouwen. En waar doe je zoiets? In de woonkamer natuurlijk! Hij is er zeven jaar meer bezig geweest maar dan heb je ook wat. In het planetarium zie je de planeten en allerlei andere astronomie-shizzle aan zijn plafond bewegen Op schaal en in real-time. Tenminste als je geduld hebt. Allemaal met de hand gemaakt en werkend op een uurwerk. En dat allemaal in de avonduren want overdag deed hij wat met schapenwol.
Maar zonder gekheid, het is een van de mooiere museums die ik bezocht heb. Zoveel informatie en zoveel interactief, is de moeite waard om een keer apart voor heen te gaan.
Daarnaast lijkt Franeker heel gezellig, maar we lopen stad en land af naar een andere kroeg dan ons hotel (De Doelen) dat ook een Grand café is. Het is er gewoon niet te vinden. En ook ’s avonds is er geen Fries op straat te vinden. Vanuit onze hotelkamer zien we een leeg centrum.
Dan toch maar naar de Doelen waar ze een aantal lekkere biertjes op de tap hebben en een uitstekende maaltijd serveren. Het was weer een verrassende dag.
Noot:
Deze blog maakt deel uit van een serie van artikelen over bijzondere plekken in Nederland. Het overzicht van alle plekken kun je vinden op mijn website. Daar kun je ook info-boekjes, kaartjes en gpx (route) bestanden downloaden.
Dan blijkt maar weer hoe mooi Nederland is…
Wel een beetje koud… Toch maar sparen voor fietsen in de buurt van Malaga deze tijd van het jaar?
Het heeft ook voordelen om in Friesland te fietsen ,je hebt er geen hoogte verschillen.
Wel weer mooie foto’s en een leerzaam verhaal.
Je hebt een mooie leerzame tocht uitgestippeld!