Zondag 12 augustus: Mestre – Biadene

70 km (totaal 1075 km) – 264 hoogtemeters.
Artemide Relais (€70,=)

Land van Prosecco
Water klatert naar de gaard
Irrigeert de druif.

Zo’n rustdag is leuk maar het is heerlijk om weer op de fiets te zitten. Dat is toch de plek waar ik me het fijnst voel. Onderweg, in het landschap en ervaringen opdoen. We sjoemelen een beetje. Volgens de route gaan we eerst weer naar Mestre terug en dan via Favero Veneto naar het noordoosten. Wij gaan rechtstreeks naar Favero en snijden daarmee een paar kilometer af. 

Het is zondag en Favoro Veneto is nog in diepe rust. Net als alle andere dorpen die we onderweg tegen komen. Er is geen winkel open en er is niets te doen. Favero heeft overigens drie kerken waarvan de laatste twee aan het einde van de vorige eeuw gebouwd zijn. Ik vraag me af of dat nu nog lukt; kerken bouwen. Wij hebben vandaag veel klokkengeluid gehoord maar nauwelijks kerkgangers gezien. Wij fietsen in elk geval gewoon door. Ik zou het landschap hier haast Hollands willen noemen. Vlak, maisvelden, lange rechte wegen en zelfs een wind tegen. 

Vanaf Quarto d’Altino komen we langs de rivier de Sile. Deze stad dankt zijn naam aan het feit dat hij een kwart mijl van de Romeinse stad Altinum lag. Behalve dit feit heeft de stad weinig te bieden, dus we meanderen gewoon lekker met de Sile mee. Er staat een baksteenfabriek, wat te verwachten is bij zo’n rivier.

Bij Lughignana komen we de oude kerk tegen, die ze mooi in stand houden en wit afsteekt tegen de blauwe lucht. Ook hier beieren de klokken maar zien we niemand ter kerke gaan of komen. Ooit waren ze verbonden met het Casier klooster, maar vanwege ‘communicatie‘-moeilijkheden werd dit weer onthecht. We hebben het dan over de 15e eeuw. Je gaat je afvragen wat dit betekende. Hadden ze een coach nodig of zo?

We blijven de Sile volgen en in Casier komen we een heus botenkerkhof tegen. Minstens een tiental houten schepen ligt hier gewoon te rotten half in en half uit het water. Bijzonder. In Nederland zouden ze dit allang opgeruimd hebben.

Treviso is een grote stad waar we doorheen gaan. De stad heeft wallen uit de 15e eeuw en is een van de mooiste steden uit de Veneto-streek. Wij drinken wat op het Piazza della Prefettura, het sociale hart van de stad. We hadden ook graag even in de Duomo van St. Pieter gekeken maar die was op slot. En dat op zondag. Nu snap je ook waarom er geen kerkgangers meer zijn, als je toch voor een gesloten deur komt. 

We kiezen ervoor de route door het Prosecco gebied te volgen, in plaats van rechtstreeks naar Oostenrijk te fietsen. Daarom gaan we richting Volpago del Montello. In dit gebied worden vele druivenrassen verbouwd maar de Prosecco druif nog het meest. De naam heeft overigens niets met secco (droog) te maken maar met het dorp Prosek dat in het Sloveens sprekende deel van het Karstgebergte bij Trieste ligt.

Ons valt het bewateringssysteem op dat we steeds langs de weg zien liggen. Vanuit de bergen wordt water, via meertjes, sloten en een soort van goten, geleid naar de akkers hier. Niet alleen de wijngaarden, maar ook de boomgaarden en maisakkers. Het is heerlijk fietsen naast dit kabbelende water.

In de achtergrond zien we de enige ‘berg’ in dit gebied. Il Montello ligt er nu eenzaam bij maar in de eerste wereldoorlog was dit een waar slagveld. Nu kun je over de berg en om de berg. Het eerste is voor de racefietsers, wij gaan er gewoon lekker omheen.

Na Volpagio komen we op de Strade del Vino del Montello. Een prachtig weggetje dat je links een uitzicht geeft over de vallei met zijn wijngaarden terwijl je langs een irrigatiekanaal met gurgelend water fietst. 

Daarna komen we in de buurt van Montebelluna en Biadene. In de laatste plaats heb ik een overnachting geboekt want er zijn hier geen campings. Onze B&B zit ergens afgelegen dus we willen graag nog wat te drinken halen. Het is tenslotte weer dorstig weer. We vragen een dame op een oude fiets of er in het dorp wat te vinden is. Ze neemt ons mee naar een kroeg, maar die blijkt gesloten. Daarom draagt ze ons over aan een bekende die ons meeneemt naar een feesttent. In eerste instantie lijken ze daar alleen koud water te hebben maar toch weet ik er een fles Prosecco te scoren. We zitten er tenslotte middenin! Maar door een communicatiefout (ze spreken alleen Italiaans) denken ze dat we één glas willen en openen de fles. Voor ons is dat geen probleem, we tikken het glas weg, de kurk gaat weer op de fles en die kan in de fietstas. 


Onze B&B ligt tegen de helling aan. Maar dan heb je ook een prachtig uitzicht. Ondanks dat Booking.com schreeuwde dat er nog nog maar één kamer beschikbaar was, zijn we de enige in het gebouw. Ik bel de eigenaar en ondertussen maken we de fles Prosecco soldaat terwijl we uitkijken vanaf ons balkon.

De huisbaas is een oude fietser die geen woord Engels spreekt. Met handen en voeten voeren we een gesprek. Lastig, maar we begrijpen elkaar. De kamer is weer fantastisch. Ruim, mooie badkamer en airco. Op loopafstand ligt het restaurant Osti Nati. We zijn vroeg en kunnen nog een tafel bemachtigen. Het eten is er fantastisch en de sfeer echt Italiaans. Authentieker kun je het, volgens mij, niet krijgen. Met volle buiken rollen we terug naar onze kamer. Het kon minder. 

profiel-12-08

kaart-12-08

4 gedachten over “Zondag 12 augustus: Mestre – Biadene

  1. Berend zegt:

    Prachtig gebied daar. We zijn er een paar keer op vakantie geweest. Schitterende natuur, dicht bij de Dolomieten. Groot voordeel is ook dat het niet zo toeristisch is. En dan prosecco halen bij direct de wijnboer. De heerlijkste wijn voor een paar euro per fles. Aanrader.

  2. Liedeke zegt:

    Heerlijk! On the road again! Dit is genieten: effe geen uitputtingsslag, geen stress, gewoon fietsen, een flesje Prosecco en genieten van het Italiaanse authentieke landelijke leven. (En nagenieten van het Venetiaanse stadse gedoe wat je achter je hebt gelaten).

Leuk als je reageert