Pieterpad (5)

Donderdag 16 januari 2020
Van Rolde naar Schoonloo (18 km)

In tegenstelling tot wat ik eerder dacht, kunnen we deze en de volgende etappe nog uitstekend vanaf huis doen. Tussen de begin- en eindplaatsen van de etappes komt elk uur bus 21 langs. We zetten de auto in Schoonloo, laten ons in een kwartier naar Rolde brengen en gebruiken de rest van de dag om terug te lopen naar de auto.

Hunebed D18

Het wordt vandaar een ‘bossige’ dag maar voordat het zover is, moeten we eerst Rolde nog uit. En daarbij vallen we meteen met onze neus in de boter. We komen, net buiten Rolde, hunebed D17 en D18 tegen. En ze zijn duidelijk door verschillende aannemers gebouwd. Waar D18 eruit ziet als een hunebed zoals we ons voorstellen, lijkt het alsof D17 door de Biereco’s is gebouwd.  

Hunebed D17.

Leuk detail van deze hunebedden is dat het markebestuur (zie verderop) deze in 1872 openbaar wilden verkopen als bouwafval maar de Gedeputeerde Staten van Drenthe protesteerde hiertegen. Uiteindelijk zijn ze voor 150 gulden aan het Rijk overgedaan. En dat is maar goed ook want het waren begin 1900 een van de weinige archeologische bezienswaardigheden van Nederland. Ze zijn heel veel bezocht en met name D18 is op heel veel foto’s terecht gekomen.

De route loopt vandaag over het Drents plateau, het land van Ellert en Brammert. Deze twee rovers (ze worden vaak als reuzen weergegeven)  zouden hier geleefd hebben van het beroven en vermoorden van reizigers. Een van de gevangen vrouwen zetten ze voor zich aan het werk en die zorgt, zoals gebruikelijk bij vrouwen, voor de ondergang van de twee. In Schoonoord (niet aan de route) hebben ze hier een mooi toeristisch-economisch model uit weten te maken.

We gaan langs de Koelandsdijk (gemeenschappelijke gronden voor hooi) en over het Rolderdiep. Als we de weg oversteken zien we de restanten van een oude spoorlijn Assen-Rolde (die uiteindelijk tot Gasselternijveen gaat) liggen. Deze is in 1977 geheel opgedoekt en nu pas realiseren we ons dat het wandelpad over de oude spoorlijn loopt.

Over de spoorlijn (die er niet meer is).

Een ander kenmerk van het plateau is dat het nat is. Heel nat. Het is eigenlijk een omgekeerd bord met leem en keien waar het water nauwelijks weg kan. Hierdoor is het lange tijd een geïsoleerd en onherbergzaam gebied geweest. Ideaal voor Ellerts en Brammerts typen. Pas vanaf 1920 is Staatsbosbeheer met de ontginning begonnen. In die tijd waren er nauwelijks bossen in Drenthe. Er werden hier mensen ‘te werk gesteld’ om vakken van 300 bij 300 meter te beplanten met bomen. Zwaar werk dat door landlopers, dronkenlappen en criminelen uitgevoerd werd. Die kwamen bijvoorbeeld uit Veenhuizen waar een prachtig boek en dito voorstelling van gemaakt is. Als je gelegenheid hebt, is het zeker de moeite waard om het Pauperparadijs te gaan bekijken.
Gelukkig hebben we goede schoenen aan waardoor we ons weinig aantrekken van de plassen en de modder maar des te meer genieten van de natuur en de stilte.

Goede schoenen noodzakelijk.

Het Andersche diep is een beekdal waarin het gelijknamige riviertje meandert en gaandeweg het regen- en kwelwater verzameld. Dit stroomt via het Rolderdiep in de Drentse Aa. Het stuk langs de Westerlanden en door de Zondagsbroek is mooi. Het gebied is in pacht uitgegeven en die mensen laten er gedurende een groot deel van het jaar Charolais koeien rondlopen. Omdat deze dieren de neiging hebben om weg te lopen (zou ik ook doen als ik telkens zulke natte voeten kreeg) zijn er wat pittoreske hekjes geplaats wat altijd een mooi fotomomentje oplevert.

Zo denk je de wilde beesten buiten te houden.

Het Andersche diep is een zogenaamd Dotterbloemgrasland. Door de goede kwaliteit van het water bloeit de dotterbloem hier volop. Helaas pas vanaf april dus wij zien voornamelijk verlopen gras en de plantjes zonder bloemen. Ook de Beenbreek, het Duizendknoopfonteinkruid en de Zonnedauw en Moeraswolfsklauw zijn hier in de betere maanden te vinden. Reden genoeg om een keer terug te komen in de zomer.

Geen bloemen, alleen droog gras.

Hier steken we ook het Andersche diep over. Vroeger was hier alleen een doorwaarbare plaats, ook wel een voorde genoemd. Deze term komt nog in veel plaatsnamen voor. Denk aan Coevorden. Het isee n plek waar het water wat minder diep is zodat je over kunt steken. Om te voorkomen dat karren wegzakten in de modder, werden er stenen in het water gelegd. En die hadden ze hier genoeg.

Ook nu kun je hier nog oversteken met behulp van een touw. Erg romantisch maar wij kiezen toch voor het bruggetje dat 20 meter verderop ligt.

Wij geven de voorkeur aan droge fouten.

Wij verruilen de waterige landen voor het bos en komen in boswachterij Gieten. Hier leer ik een nieuw scrabblewoord; compensatiebos. Eigenlijk net zoiets als vliegschaamte maar nu gaat het over land. Omdat de supermarktketen de Spar elders in Drenthe een distributiecentrum bouwde werd hier een sparrenbos (gelukkig bestond er een boom gelijk aan hun naam) geplant ter compensatie. Maar deze sparren zijn een uitzondering want we zien voornamelijk loofbossen. Die hebben nu hun blad op de grond liggen en dat maakt het een stuk lichter dan de donkere sparrenbossen.

Geen compensatiebos voor ons.

We blijven een tijdje in de bossen en komen langs een markesteen die vroeger de grens aangaf tussen de marken van Drouwen en Grolloo. Andere termen in dit verband zijn dingspelen en etten. Ik had in de vorige blog al beloofd hierop terug te komen en deze steen is een mooie aanleiding.

Landschap Drenthe (zoals de provincie vroeger genoemd werd) bestond uit zes dingspelen. Daarom zitten er zes sterren in de vlag van Drenthe.  Een ding was een rechtszitting die, tot 1580, drie keer per jaar werd gehouden. Een dingspel was dus een rechtsgebied. Elk dingspel werd bestuurd door etten. Dit waren vertegenwoordigers van de dorpsbesturen van de marken. Marken waren een soort van collectief van boeren die het gebruik van gemeenschappelijke gronden reguleren. Tegenwoordig zou je dit, denk ik, een dorp noemen. Gemeenschappelijke gronden moet je hier ook al met een korreltje zout nemen. Ook toen was het al zo dat ‘some pigs are more equal than others’ dus het werd niet gelijkelijk verdeeld. Maar het was het meest democratische wat uit de aanwezige feodale organisatie te halen viel.  De marke regelde ook sociale zaken, zoals een dorpsfeest, bijstand en hulpverlening. Pas in 1886 (Markewet) kon men deze lokale bolwerken van macht opheffen. Tegenwoordig hebben we nog het noaberschap wat in de buurt komt van het marke-idee. Een marke was ook een gebiedsaanduiding wat vaak afgebakend werd met een markant punt in het landschap, al dan niet kunstmatig in de vorm van een (grote) steen. Want prikkeldraad hadden ze toen nog niet.

Grensmarkering oud (steen) en nieuw (prikkeldraad).

Via het Meindersveen komen wij op het Grolloërveld. Grolloo zijn we wel met de bus doorheen gekomen maar niet te voet. Jammer, want ik graag even de hoofdstad van de Drentse blues willen zien. Het is de geboorteplaats van Cuby and the Blizzards. Met hun langspeler Groeten uit Grollo (toen werd Grollo nog met één o gespeld) schreven ze geschiedenis van de Nederlandse blues. Het nummer Somebody will know someday staat nog gegrift in mijn geheugen. Mooi om even over te mijmeren op een bankje.

Blues-mijmerbankje.

Ik vind het altijd leuk als je langs de weg ziet waar je mee bezig bent en of je vooruitgang boekt. Wegwijzers, markeringen of andere manier die inzichtelijk maken dat je daadwerkelijk ergens naar op weg bent. Of vandaan loopt. Het is maar hoe je het bekijkt. Langs de Koestukkenweg staat dit bankje. We hebben er nu een zesde van de route opzitten (letterlijk en figuurlijk).

We zijn er bijna…

Nog een woord wat ik niet kende is strubbenbos. Dit is een, meestal eiken, bosje bij een dorp dat hout levert voor dagelijks gebruik zoals ovenhout, gereedschap, palen en meubels. Het wordt ook wel een geriefbosje genoemd. Hier zou je ook andere associaties bij kunnen hebben, maar goed. Vlak voor Schoonloo loopt de route er doorheen. Gelukkig zien we niemand hun gerief halen en lopen we er alleen. Dat brengt ons in Schoonloo.

Bosje voor uw gerief.

Schoonloo heeft niets met de propere mensen die er wonen te maken. Schoon betekent in dit verband kaal of leeg. En loo staat natuurlijk voor bos. Dus het was van oorsprong een bos met een droge, kale bodem. Gelukkig is er nu Café Hegeman. Niet alleen kun je hier de auto mooi parkeren, je kunt er ook een droge en dorstige keel lessen. Tegenover het café staat de Trekkerskei. Deze kei, van 25 ton, werd in 1966 bij de ruilverkaveling gevonden en stond eerst in Rolde. Nu dus hier. Waarom en hoe heb ik niet kunnen vinden. Schoonloo is, tot mijn verbazing, ook de plek waar een enorme zoutkoepel onder de grond ligt. Maar daar zien we niets van want er is nog nooit wat aan ontginning gedaan. Verder is er niets in Schoonloo wat ons overtuigt om te blijven. We strepen deze etappe af en keren weer huiswaarts.

De trekkerskei in Schoonloo.

Vorige traject : Van Zuidlaren naar Rolde
Volgende traject : Van Schoonloo naar Sleen

10 gedachten over “Pieterpad (5)

  1. Liedeke zegt:

    Mooie tocht Hans. Geen blaren? Hadden jullie deze wandelschoenen al (bergschoenen?) of nieuw ingelopen voor het Pieterpad? Met speciale sokken?

    • hansvanderveeke zegt:

      Nee, geen blaren. Het zijn gewoon stevige schoenen van de Welkoop waar ik lekker op loop. Ze zijn overigens versleten, dus ik ga nieuwe halen. En gewone sokken hoor. Je hebt niet veel nieuws nodig om een stukje te wandelen.

  2. ben huve zegt:

    Mooi dat de sage van Ellert en Bramert ook in buitenlandse varianten terug te vinden is. De psycholoog Carl Jung heeft dit eens onderzocht en noemt dit ons “collectieve onderbewuste” waar “archetypen” een plek hebben. Dus bijvoorbeeld de heks in sprookjes komt over de hele wereld voor, maar ook gevel/stiepeltekes op boerderijen(afweren van onheil) met identieke symbolen door heel Europa.

  3. Benny zegt:

    Hans. Weer fijn om te lezen hoe je van een, voor mij, bekend stuk Nederland een leerzame onderhoudende tekst kunt maken.
    En weet je. In Hollandscheveld zit een bedrijfje dat wandelschoenen repareert, verzoolt, weer goed gangbaar maakt. Aanrader.

Leuk als je reageert