Woensdag 27 september 2023
Van Leersum naar Rhenen (22 km)
Gisteren zijn we weer verplaatst. Onderweg zijn we nog bij Huis Doorn langs geweest en daar heb je in de vorige blog al over kunnen lezen en kijken. Deze keer staan we op een camperplaats/camping bij een boerderij, Den Doove (maar hij hoort alles goed hoor). Een simpel grasveld met basale voorzieningen ergens in de Blauwe kamer. Maar een donders mooi plekje met zicht op de zonsondergang en de zonsopkomst. En dat voor maar €18.
Vandaag fietsen we onder de Grebbeberg door naar het station in Rhenen. Daar stappen we in bus 50 die ons in 25 minuten naar Leersum brengt. Vervolgens doen we er de rest van de dag over om terug te lopen.
We beginnen met twee kastelen. Je zou het niet zeggen maar Kasteel Zuylenstein is uit de 14e eeuw. De eerste versie dan. De versie die we nu zien is in 1980 gebouwd want in 1945 is de oude versie, die de afgelopen zes eeuwen ongeschonden trotseerde, compleet plat gebombardeerd omdat het gerucht ging dat een hoge SS officier hier zat. Hij was net even niet thuis. Aan de plaatjes zie ik dat ze min of meer hetzelfde hebben neergezet. Groot verschil met vroeger is dat je er nu kunt slapen, eten en (eigen) biologische producten kunt kopen. Inclusief het vlees van de varkentjes die nu nog in de modder rollen. De glazenwasser moet tenslotte ergens van betaald worden.
Een klein stukje verder ligt Amerongen. Dat is waar de voormalige Duitse keizer ongeveer anderhalf jaar te gast was bij kasteel Amerongen. Als we er langs komen is de boel nog dicht terwijl we snakken naar koffie. Mevr. Van der Veeke noemt zoiets en meteen wordt de orangerie voor ons geopend. Alsof ze op ons zaten te wachten. Met onze museumjaarkaart kunnen we de tuin en het kasteel bezoeken. Maar je kunt pas vanaf elf uur het kasteel in dus we moeten het met de tuinen en de buitenkant doen.
Het kasteel zelf schijnt er al in de 13e eeuw geweest te zijn. In 1673 is het compleet verwoest door de Fransen maar daar was men niet van onder de indruk. In 1680 is het gewoon opnieuw gebouwd. De tuin is prachtig en we verwarren eerst de stallen met het kasteel omdat de stallen er ook zo mooi en imposant uitzien. Maar als je eenmaal ervoor staat, dan is het niet te missen. Ook dit kasteel ziet er weer tiptop uit. Wat moet zoiets wel niet kosten?
We verlaten Amerongen en zitten weer lange tijd in de bossen. Het terrein is erg geaccidenteerd en we gaan continue op en neer. Gedurende de dag stijgen we iets van 200 meter. Het voordeel is dat je daarmee ook mooie uitzichten hebt. We komen niet op het hoogste punt van de Utrechtse Heuvelrug (dat is de Amerongse berg met 69 meter) maar wel op de een na hoogste, de Elsterberg (63 m) . Op de weg zien we een hazelworm liggen die in eerste instantie dood lijkt. Maar even later kruipt deze Lazerus alsnog het gras in. Blijkbaar lag hij lekker te slapen of te zonnen en draaide de processor even op de energiezuinige stand.
Van Elst zien we niets en over een groot heideveld met grafheuvels gaan we richting Rhenen. In vroeger tijd waren hier tabaksplantages. Maar de Hollandse tabak was veel duurder dan de Indonesische dus uiteindelijk is het gebied weer terug gegeven aan de natuur.
Bij Kwintelooijen hebben we nog een mooi uitzicht op Veenendaal. Het is een oude zandafgraving uit de vorige eeuw en je ziet in de wanden van de afgraving hoe de ijstijden verschillende lagen hebben opgestuwd. Tegenwoordig is het een groot recreatiegebied waar bewezen is dat motorcross en mountainbiken prima samen kunnen gaan met een uniek ecologisch gebied met meer dan 1500 verschillende soorten dieren en insecten.
Toch enigszins vermoeid strompelen we Rhenen in. Bij de ijssalon trakteer ik Mevr. Van der Veeke op een ijsje. Twee bolletjes in een bekertje waar je tegenwoordig 10 cent extra voor moet betalen. Waar gaat het heen met deze wereld?
Als je in Rhenen bent, dan kun je niet op de Cunerakerk heen. Bijna alles is in Rhenen vernoemd naar Cunera. Deze maagd werd volgens de legende in Rhenen vermoord. Ze was de dochter van een koning van de Orkney-eilanden die samen met 11.000 (!) maagden (!!) naar Rome ging. Onderweg werden ze door de Hunnen overvallen en die konden maar één ding bedenken om met een maagd te doen; vermoorden. Alleen Cunera overleefde het en werd gered door koning Radboud die haar meenam naar zijn huis in Rhenen. Daar werd ze erg populair en dat wekte de jaloezie op van de vrouw van de Radboud. Ze wurgde Cunera met haar eigen sjaal en begroef haar in de paardenstal. Daar waren de paarden niet blij mee want dat kan op den duur best gaan stinken. Hun afwijkende gedrag veroorzaakte dat deze snode moord aan het licht kwam. Met de vrouw liep het slecht af en bij het graf van Cunera gebeurden allerlei wonderen. Later wordt ze heilig verklaard (en beschermvrouwe van paarden) en gaan veel pelgrims op bedevaart naar Rhenen. Dit brengt zoveel geld in het laatje dat ze, voor zo’n klein dorp, een monsterlijk grote kerk kunnen bouwen. De doek is overigens nog steeds te zien in het Museum Catherijneconvent in Utrecht .
Via de Aldi (die verkoopt hele goede port voor een schappelijke prijs) halen we de fietsen op bij het station. Het is fijn om even andere spieren te gebruiken. De vier kilomter gaan dan ook moieteloos voorbij. Morgen maar weer een dag bijkomen.
Prachtig! En wat een mooie manier om de dag af te sluiten met zo een zonsondergang….
Bus 50… dat kon wel eens de bus zijn die ik nam vanaf Renkum, waar mijn studentenhuis stond, naar Arnhem CS om naar “huis” te gaan 🙂 Prachtige omgeving!
We hebben we vier keer in bus 50 gezeten. Die ligt mooi langs het traject.