
vrijdag 10 mei
Baflo – Wacken (325 km)
We vertrekken om met een royale drie dagen in Hirtshals klaar te staan voor de boot. We besluiten, net als toen we naar IJsland gingen, via de pont bij Gluckstadt te gaan in plaats van over Hamburg. En net als toen staan we meer dan een uur te wachten voor we over kunnen. Op zich geen probleem want tussen het honderd meter verplaatsen door, kijk ik waar we kunnen kamperen. Zo komen we op camping Natur Pur in Wacken terecht. Bij sommige mensen gaat het hart sneller slaan van deze naam want in Wacken wordt elk jaar het grootste Heavy Metal Festival ter wereld (!) georganiseerd. Zo staan er dit jaar ook weer grote namen op het programma. Onze campingbazin ziet eruit alsof ze het festival, zonder te slapen, van het begin tot het einde bijwoont. Voor ons geen heavy metal maar een koekoek die van geen ophouden weet. De campingbazin weet te vertellen dat ze blijven koekoeken totdat ze een partner hebben gevonden. Bij vertrek koekoekde hij nog.

Zaterdag 11 mei
Wacken – Silkeborg (275 km)
De volgende dag rijden we op ons gemak naar Silkeborg, iets over de helft naar Hirtshals. De campings in Denemarken vind ik vrij duur (€30-€45) maar op camping Ly Outdoor Camp weet ik nog een plekje te boeken voor €23. Vanaf de camping is het een half uurtje lopen naar het centrum.

Sylkeborg heeft één grote toeristische trekpleister; de oudste, nog werkende, stoom-rader-boot ter wereld. We wachten vrij lang op een ‘zie ginds komt de stoomboot’ moment maar ik denk dat de stoom op was want we komen hem niet tegen. Wel is het inmiddels zomer geworden en is het uitermate gezellig in de stad, ondanks dat de winkels hier op zaterdag om drie uur sluiten. Dan maar naar een terras voor een lokaal gebrouwen biertje. Dat doen ze daar goed en daarmee wordt het toch nog een geslaagde dag.
Zondag 12 mei
Silkeborg – Hirtshals (183 km)
Vandaag gaan we door naar Hirtshals. Het is een beetje plannen want we kunnen pas om 14 uur op Tornby Strand Camping terecht maar aangezien ‘planner’ mijn middelste naam is, arriveren we om 14:02. Deze camping had ik drie maanden geleden al geboekt want stel je voor dat hij vol is. Uiteindelijk staan we ‘sturm-frei’ (*) op een leeg veld want bijna niemand wil zonder stroom staan (wij zijn zelfvoorzienend) en zelfs op de stroomplekken staan maar twee andere campers.

Het is ondertussen strak blauw en geen wind dus Mevr. Van der Veeke gaat een uurtje bakken en braden in deze onverwachte hitte. Ik geef de voorkeur aan wat schaduw dus we zitten zover uit elkaar dat het lijkt dat we ruzie hebben. Gelukkig is er niemand om het te zien.

In de loop van de middag fietsen we even naar het strand want van de zee worden we beide altijd blij. In Denemarken (maar ook in Engeland) is het normaal om met je auto (of je vrachtwagen) het strand op te rijden. Het is me niet duidelijk of je hier ook mag overnachten met de camper, anders hadden we een prachtig plekje gehad.
(*) Sturm-frei (Duits) is de vrijheid van het alleen zijn, om te kunnen doen wat je wilt.
Maandag 13 mei
Kristiansand – Lyndesnes ( 78 km)
Om kwart over acht sluiten we aan in de rij voor de veerboot en stipt om half tien vaart hij weg. De overtocht kost ons 1844 Nkr (€168). Ik heb, gebruikmakend van een VPN die doet als ik in Noorwegen ben, op de Noorse site van Fjordline geboekt en betaald. Had ik dezelfde reis op de Nederlandse site geboekt dan had ik ongeveer €80 meer moeten betalen. Je moet het maar net weten (ik had deze tip uit een FB groep over Noorwegen).Bij toeval vinden we een mooi plekje aan het raam met lekkere stoelen. Het is gelukkig een kalme zee want ik heb de neiging snel zeeziek te worden en heb geen pleister gehaald. Aan boord heb ik nog net de kans om zo’n lekker Deens smörrebröd te scoren.

Om half twee komt hij aan en we zijn binnen een kwartier van de boot af én door de douane ondanks dat we helemaal achteraan staan. Niet eerder ging het zo snel. We rijden Kristiansand uit over een van de weinig snelwegen die er in Noorwegen leggen. Daarna komen we op tweebaanswegen waar je vaak maar 60 of 70 km/u mag rijden en dat is geen straf want het is hier overal mooi.
In Mandal is onze eerste stop. We zitten nog in het alles-is-mooi stadium en hier kun je in het centrum nog de authentieke witte houten huisjes zien. Op de kaart lijkt het een flinke plaats maar in verhouding hiermee is Baflo een metropool. Desalniettemin is het leuk om even door het centrum te slenteren en ons te laten bestuiven door de Noorse cultuur.
Onze volgende en laatste stop van de dag is bij Lyndesnes. Het is niet alleen het meest zuidelijke puntje van Noorwegen, er staat ook nog eens een prachtige fyr (vuurtoren). Mensen die me kennen, weten dat ik hier graag voor omrijd. De route erheen is al een feest. Er is geen 100 meter recht of vlak dus het lijkt wel of je in een kermisattractie zit.
Boven op een heuvel, uitkijkend over zee staat deze klassieke vuurtoren. Het is niet de eerste versie. In 1656 werd er iets gebouwd dat met kolen uit Engeland gestookt zou moeten worden. Maar die kolen kwamen niet dus werden er 30 kaarsen (!) in aangestoken. De zeelui moesten er extra voor betalen en gingen klagen bij de koning die hem vervolgens weer uitblies. Pas 69 jaar later werd er een nieuwe gebouwd. Deze ging wel op kolen branden die hier te voet heen gebracht moesten worden. De mannen die deze dikke honderd ton (!) kolen per jaar naar boven brachten moesten worden verleid met drie borrels per dag anders deden ze het niet. In 1799 werd er een basis gebouwd (dat is het witte gebouwtje op de foto’s) en daarna daar bovenop een huisje van glas waarbinnen het vuur brandde dat nu veel beter te controleren was. In 1854 werden de kolen vervangen door een Franse lens met een olielamp. Deze lens zit overigens nog steeds in de huidige vuurtoren.
In 1915 werd de huidige vuurtoren gebouwd. Hiervoor werd een bouwmethode met ijzeren platen ontwikkeld. Dit bleek een gemakkelijke, schaalbare bouwwijze en stevig genoeg om de golven, die soms wel 25 meter hoog zijn, te weerstaan. De eerste ijzeren vuurtoren werd in Eigeroy in 1854 gebouwd. Uiteindelijk zijn er 41 van dit type gebouwd. Er werd ook overgestapt op elektrisch licht en dat is zoals hij er nu bij staat. Op een heldere dag schijnt hij 35 kilometer ver. Zijn signatuur is elke 20 seconden een flits. Naast vuurtoren is het ook een weerstation waar continu allerlei metingen worden gedaan.
Ik had er graag wat foto’s van gemaakt met de drone maar er staat windkracht 5 en daarmee waait de drone weg. Dus je moet het doen met de plaatjes vanaf de grond.

Bij de vuurtoren is een parkeerplaats waar je met de camper mag overnachten voor Nkr 300 (dit is inclusief de twee toegangskaartjes van Nkr 240) en dat doen we dan ook. Beetje als wildkamperen maar er is wel een toilet. Een handjevol andere campers doet hetzelfde dus we zijn niet alleen.

We hadden al gezien dat we goed zicht hebben op de zonsondergang. Ondanks dat we de tijd opgezocht hebben, zijn we toch maar net op het nippertje. En we worden niet teleurgesteld. Een uurtje later klim ik nog een keer naar de vuurtoren omhoog om hem in het donker met zijn lichtje aan op de foto te zetten. Daarna is het eindelijk bedtijd en morgen gaat de wekker om kwart voor vijf want we willen de zonsopkomst ook graag zien.
Dinsdag 14 mei
Lyndesnes – Brusand (186 km)

Sjonge, wat is dat vroeg zeg om om vijf uur weer bovenop bij de vuurtoren te staan. Het waait nog steeds vreselijk en het is ook koud. En de zonsopkomst is mooi maar het gaat wel erg langzaam en mijn lijf probeert me steeds weer richting het bed te krijgen. We wachten tot hij boven de horizon uitpiept en duiken dan weer snel in bed.
Van echt slapen komt het niet dus we zijn op tijd weer op pad. Onze eerste stop is Flekkefjord, een authentiek dorpje uit de zeventiende eeuw. Het is bekend vanwege zijn octogonale kerk en ook binnenin schijnt alles achthoekig te zien. We kunnen het helaas niet controleren want de kerk is dicht. Verder hebben ze hier mooie witte, houten huisjes in smalle straatjes. Een, voor mij interessant, feitje is dat het verschil tussen hoog en laag water hier maar 10 centimeter is. Bijna een amfidromisch punt dus.
Vanaf Flekkefjord volgen we de Jaeren Scenic route, een kleine weg (de 44) die meer langs de kust loopt. (Zie hiervoor ook de kaart) Het is een prachtige route met fantastische uitzichten. We passeren kale steenvlaktes met rotsen dat eruit ziet als een beschuit met muisjes. We gaan door bossen en zien de zon schitteren op het water. Dit dé reden waarom we naar Noorwegen gaan. Het is dan ook haast jammer dat we bij Egersund komen. Een van de andere ‘pretty towns’ langs de kust.
Ook hier is de kerk weer dicht en bestaan de bezienswaardigheden voornamelijk uit oude houten huizen, waar de reisgidsen elke keer weer laaiend enthousiast over zijn. Enerzijds snap ik dat wel. Alles werd hier van hout gebouwd omdat er zoveel van is. Maar hout is ook heel brandbaar. En je moet het goed onderhouden anders blijft er niets van over. En die Vikingen gingen veel liever op pad om te plunderen en te verkrachten in plaats van een verfkwast te hanteren. Dus als er nog een huisje van hout staat dat een paar honderd jaar oud is, dan is dat bijzonder. En het is ook een prachtig gezicht maar ik weet niet hoe lang dit nog bijzonder voor me blijft.

Waar ik altijd voor zal blijven stoppen zijn de vuurtorens. Daarom slaan we even af bij Kvassheim Fyr als we er langs komen. Heel anders dan de vorige want deze vuurtoren is geïntegreerd in het huis van de vuurtorenwachter. Het is gebouwd in 1912 en in 1984 geautomatiseerd. In 1990 hebben ze een soort van grote paddenstoel er naast gezet met een lamp erin en dat is nu de vuurtoren. Het oude vuurtorengebouw is omgebouwd als museum.
Eigenlijk zouden we vandaag door naar Stavanger maar dat is nog een uur rijden en we vinden het welletjes voor vandaag. Vlakbij is Brusand Camping en dat blijkt een goede keus te zijn. Prachtige plaatsen, een goddelijke douche en 100 meter van het strand. Daar moeten we natuurlijk even heen om met de voeten in de branding te staan. En we komen een min of meer uitgedroogd slangetje (ik denk een adder) tegen die ik red met mijn croc. Nee, niet door erop te gaan staan maar om hem daarmee naar de duinen te brengen.
Woensdag 15 mei
Brusand – Stavanger (55 km)
Het is maar een klein stukje rijden naar Stavanger. We zoeken de stadscamping Mosvangen op en vinden een mooi plekje op het bovenste gedeelte. Daarna is het nog tijd genoeg om de stad te bezoeken.

Stavanger heeft meer dan 20 musea. Die doen we allemaal niet want het is daar veel te mooi weer voor. Daarnaast is het de tweede keer dat we hier zijn en die vorige keer regende het. Dus toen hebben we er al een paar musea gedaan. Na het doorspitten van de reisgidsen en internet , op zoek naar andere dingen om te doen, houden we maar een kort lijstje van vier over. En daarvan hebben we er al drie eerder gedaan. We beginnen met de enige die we nog niet gezien hebben en aangezien die een stuk buiten het centrum ligt, maak ik er een fietstochtje van.
Om bij Sverd I Fjell te komen moeten we een steile heuvel op. Eenmaal boven rollen we er zo naar toe. Het is een mooie plek aan een meer in de universiteitswijk. Het ligt dan ook vol met studenten die hard aan het studeren zijn in de zon. Het is een imposant beeld met de drie enorme zwaarden in de grond. Ik krijg associaties met koning Arthur maar ook met Game of Thrones.
Sverd I Fjell is het monument van de Drie Zwaarden in Hafrsfjord. Dit is de plek waar koning Hårald Schoonhaar Noorwegen in 872 tot één koninkrijk verenigde. Harald had een oogje op Gyda Eiriksdatter maar zij eiste van hem dat hij eerst over heel Noorwegen moest heersen voor ze zich aan hem zou geven. Harald zwoer dat hij zijn haar pas zou knippen als dit een feit was. Vandaar zijn achternaam (en natuurlijk enorme flessen Andrelon) en hij hield er ook nog een koninkrijk, een vrouw en een prachtige bos haar aan over.
Het monument (uit 1983, onthuld door koning Olav), dat als symbool van vrede, eenheid en vrijheid gezien moet worden, toont Viking-zwaardsen gemodelleerd naar echte zwaarden die in verschillende delen van het land zijn gevonden. De kronen op de toppen van de zwaarden vertegenwoordigen de Noorse districten die hebben deelgenomen aan de epische strijd voor eenwording.

Het is van hier nog een kleine 10 kilometer fietsen naar het centrum. De fietsen parkeren we bij de kathedraal, die als volgende op het lijstje staat. Maar de kathedraal is in de verbouwing dus we kunnen hem meteen afstrepen.

Vanaf het centrale plein Torget kijk je uit over de haven waar, nú één maar vaak meerdere, cruiseschepen liggen afgemeerd. Links zie je Gamle Stavanger, die eigenlijk maar uit één straat (Øvre Strandgate) bestaat, en rechts het gedeelte waar meer winkels zijn.
Gamle Stavanger (Gamle = oud, lijkt op onze gammel) is een straat met pittoreske witte huisjes. Het had heel mooi kunnen zijn als het cruiseschip niet net een lading Spanjaarden had uitgebraakt. (Iets wat je niet zou zeggen als je mijn foto’s ziet maar ik heb de kunst van het juiste moment afdrukken geperfectioneerd) . Iets anders dan door het straatje heen en weer slenteren kun je hier niet doen.
Dus maar naar het andere gedeelte. Nu ben ik niet zo van de winkels dus daar ben ik ook redelijk snel uitgekeken. Mevr. van der Veeke weet nog een mooie broek te scoren tegen een uitverkoop prijs en ik wordt getrakteerd op een ijsco en als ik dan naar mensen mag kijken dan ben ik ook helemaal blij.
Met de ziel onder de arm en het zweet in de bilnaad sjokken we nog een rondje om Breiavatnet en uiteindelijk besluiten we maar weer naar de camping te gaan. Met een biertje in de schaduw is dat toch de beste plek.

’s Avonds krijgen we bezoek van Esther en Lamberto. Ze zijn beiden oud-collega’s die geëmigreerd zijn naar Noorwegen en hier wonen en werken. Vorige keer hebben ze ons gered met een warm bed binnen toen we met code paars op de fiets in Stavanger aankwamen. Erg leuk om even met hun bij te kletsen.
Noot:
Gereden routes, campings en bezienswaardigheden vind je op deze kaart.
mooie start van wat vast weer een mooie reis wordt. geniet ervan.
He, wat een feest weer om jullie te volgen! Genieten!
van zowel je schrijven als de foto’s!
Een goed begin is het halve werk. Het ziet er weer mooi uit. Ben benieuwd naar de rest van de reis.
Ik geniet weer met het lezen van jullie verhaal van het mooie Noorwegen
Leuk om te zien hoe het jullie vergaat! Ben benieuwd naar de avonturen
Och, wat een mooie plaatjes en wat treffen jullie het met het weer! Heerlijk!