De
Elfsteden Tocht op de Fiets
Een les in Friese topografie
Tip: Houdt de muis boven een
blauw element om een foto te zien

Klik erop om hem groter te zien
Het is voorjaar 1975. Ik zit in de zesde klas van het basisonderwijs en
we hebben een overhoring topografie van Friesland. Meester stelt de
vragen en wij schrijven de antwoorden op. Ik heb best wel een tijdje
zitten studeren op het kaartje en weet goed waar alles ligt.
‘Langs hoeveel steden gaat de elfstedentocht?’ vraagt hij dan. Het zweet
breekt me uit. Dat hadden we toch niet hoeven leren? Meester tikt de
plaatsen even snel aan en ik tel mee. Gelukkig heb ik de vraag goed,
maar het duurt even tot het doordringt dat het antwoord vaak al in de
vraag zit. Het komt weer helemaal terug als ik, meer dan dertig jaar
later, onderweg ben om langs deze elf steden te fietsen. De wind waait
om mijn oren en er is genoeg om over te mijmeren in dit lege landschap.
Handschoenen
We sluiten bij Holwerd op de route aan. De eerste stop is
Dokkum en de route loopt door het stadje zelf. We zijn
verrast door de gezellige sfeer met de ouderwetse huisjes. ‘De
koffiepot‘ doet zijn naam eer aan door de honderden potten die overal
staan. Naast koffie hebben ze gelukkig ook appelgebak.
Na Dokkum krijgen we wind mee en dat is niet verkeerd. Ondanks dat het
al half april is, fietsen we nog met handschoenen aan. Door de wind in
de rug voelt het wat aangenamer.
De route gaat langs de
Dokkumer Ee
en we passeren het ene bruggetje na
het andere. Vaak gaan deze
erg steil omhoog
en moeten we even op de
pedalen. We zijn helemaal alleen langs het water en worden alleen soms
door een waterhoentje uitgescholden omdat we te dichtbij komen. Birdaard
ligt er nu nog rustig bij, maar we kunnen ons voorstellen dat het hier
in de zomer best wel druk zal zijn met al die bootjes. De volgende stop
is Bartlehiem, bekend
bekend als het roemruchte keerpunt van de schaatstocht en hier doen we even een
snelle geocache. (schatzoeken met
de GPS) Iets verderop eten we een
boterhammetje met het zicht op Leeuwarden en genieten we van de stilte.
Dat is één van de voordelen om buiten ‘het seizoen’ te fietsen.
Knooppunt routes
In Leeuwarden is het weer wennen aan de
drukte. We raken ook de bordjes kwijt en moeten even zoeken in de stad.
Met de GPS komen we er wel uit, maar niet volgens de officiële route.
Gelukkig is Friesland al behoorlijk ver met het aanleggen van de
knooppunt-routes. Op elke kruising staat een bord en zo komen we even
ten zuiden van Leeuwarden toch weer de elfstedenbordjes tegen en is
gelukkig de rust ook weer teruggekeerd. Dwars door de velden en soms
langs het water gaat we verder naar Sneek.
Ook Sneek is een prachtig stadje met een leuk centrum. Het mooie
van deze plaatsjes is, dat ze niet groot genoeg zijn voor een stad, maar
de grootte van een dorp ontgroeid zijn. Dit houdt het lekker
overzichtelijk. We strijken neer op het terras
van ´de Zon´, dat niet voor niets zo heet. Het maandmenu ziet er erg
smakelijk uit en weet ons snel te overtuigen. We hoeven nog maar 5
kilometer naar Folsgare, waar we bij een ´vriend op de fiets´
overnachten. Zo kunnen we drie van de elf steden aftikken na zeventig
kilometer.
Bikkelen
We worden wakker met zon, maar dat is van korte duur. Vanuit bed zie ik
de bomen heen en weer zwiepen en vraag me maar één ding af: “mee of
tegen?”
Na een heerlijk ontbijt met Fries suikerbrood komt het antwoord al snel.
De wind komt uit het zuiden en we zullen hem het grootste deel van de
dag tegen hebben. Pas na het zuidelijkste puntje van de tocht, Stavoren,
zullen we hem weer in de rug krijgen. Dat wordt bikkelen vandaag!
De vierde stad
op de route is IJlst. Je bent
er doorheen voor je er erg in hebt en we zijn zo weer in Sneek, waar we
behoorlijk misrijden. Er blijken namelijk bordjes te zijn met de
combinatie ‘Elfstedenroute/Snekermeerronde’ en dat is niet dezelfde
route als de elfstedentocht. Het leek ons ook al vreemd dat we ineens de
wind weer in de rug hadden.
Gelukkig komen we er snel achter en zitten we aan de goede kant van de
Houkesloot richting Langweer. Maar voor we daar aan de koffie kunnen
moeten we via het pontje over de Langweerdervaart. We zijn de enige
klanten en voor vijfenzestig cent per persoon worden we naar de
overkant gebracht.
In Langweer is genoeg te doen op deze zaterdagochtend. De kroeg heeft
een aantal Portugezen ingehuurd voor de renovatie en die hebben
luidruchtig pauze. We kunnen het allemaal goed gadeslaan achter onze
koffie. Blij dat we even kunnen bijkomen van de wind, maar niet te
lang, want we willen eindigen in Bolsward vanavond. En daarvoor moeten
we vandaag meer dan honderd kilometer afleggen, dus we gaan maar snel
weer op de fiets.
We kruipen met een tempo van 14 kilometer per uur naar Sloten. Daar
is de volgende stop met de meegebrachte broodjes op het dorpspleintje.
Ook Sloten is de moeite waard omdat het dorpje door
prachtige wateren
doorkruist wordt.
Het Rode Klif
Onderin het Gaasterland worden we even uit de wind gehouden door een
stukje bos, maar na Oudemirdum komen we bij het IJsselmeer. Vanaf hier is
het alleen maar wind tegen. De enige wind die we mee hebben zit in onze
broek en die helpt niet veel tegen dit natuurgeweld. De dijk geeft een
klein beetje bescherming, maar we moeten vaak even rusten. Dat doen we
onder andere even bij
het Rode Klif
langs de dijk.
Het Rode Klif is een deel van de Eindmorene van de ijskap uit de
Saale-ijstijd (150.000 – 380.000 jaar geleden). Deze morene loopt van
Texel naar Wieringen, via de Gaasterlandse kliffen over Urk, Schokland
en Vollenhove naar het oosten. Het Rode Klif is 10 meter boven N.A.P., en
van het oorspronkelijke klif is nog maar een deel over. Dit wordt
gesymboliseerd door een grote steen.
Verderop langs de dijk worden we begroet door een groot aantal kleurige
vliegers. Er zijn mensen die wél van de straffe bries genieten en dat
zijn de
kite-surfers.
We zien ze behoorlijke sprongen maken en het is
een genot om naar te kijken.
Eindelijk komen we dan bij Stavoren aan. We
zoeken natuurlijk
het vrouwtje
op in de haven. De legende gaat dat ze
fabelachtig rijk was en nooit tevreden. Ze gaat uiteindelijk aan haar
hooghartigheid ten onder. Wij trekken hier de les uit dat we ook met
tegenwind tevreden moeten zijn.
Maar vanaf nu hebben we wind mee omdat we naar het noorden fietsen. De
eerste stop is Hindelopen waar de toren
behoorlijk scheef
staat. Misschien ook last van de wind gehad? De
kilometers glijden onder onze wielen weg en voor we het weten zijn we in
Workum. Door smalle straatjes navigeren we
naar het centrum toe. De terrassen lonken hier, maar het loopt al tegen
zessen en we willen verder.
De rest van de route loopt langs de Workumertrekvaart. De zon staat al
laag en we werpen lange schaduwen op de vaart. Zo lijkt het alsof onze alter-ego’s, net als de schaatsers, Bolsward
naderen over het water.
Bolsward zelf is een plaatje.
Het stadhuis
staat te glimmen in de zon
en begroet ons uitbundig.
Smartlappenfestival
We beleven een onrustige nacht. Om één uur vannacht kreeg men
namelijk het idee een smartlappenfestival te houden onder ons en dat kan
natuurlijk niet met een bescheiden volume. Mijn kennis van het
Nederlandstalige genre is weer volledig bij. Toch zitten we om half
negen weer op de fiets.
De laatste klanken waaien snel uit onze hoofden en we zijn weer alleen
in het veld. Dat is het mooie van op zondagochtend fietsen, als iedereen
nog op bed ligt. De weersvoorspelling had het gelukkig weer helemaal mis
en de zon schijnt toch weer! En we hebben de hele dag wind mee.
De kilometerpaaltjes worden gulzig opgeslokt en voor we het weten zijn
we in Harlingen. Het terras in de haven gaat
net open, maar de man heeft een probleem met onze bepakte fietsen tegen
zijn windschermen en we moeten wat anders zoeken. Gelukkig zijn we
verderop wel welkom.
Na Harlingen komen we bij de Waddenzee. We zien hem niet want er zit een
grote dijk voor. En deze dijk staat vol met schapen en lammetjes. Voor
hun is het voorjaar al wel begonnen.
Vrij snel worden we weer het binnenland ingeleid naar
Franeker. Hiermee hebben we alle elf steden gehad en
kunnen we de missie als geslaagd beschouwen.
Franeker vinden we de minst mooie van de elf steden. Zelfs
het kaatsveld
met de grote torens in het centrum kan ons niet bekoren. We gaan snel
verder het binnenland in en komen op bekend terrein. Het stuk langs de
Oudebildtdijk hebben we al eerder, in omgekeerde richting, gefietst
tijdens de Ronde van Nederland. We peddelen rustig door naar ons
eindpunt in Holwerd. Met de wind in de rug gaat dat ook gemakkelijk,
maar diezelfde wind brengt ook meer bewolking met zich mee.
Rouwbord
Vlak voor Holward komen we langs terp Hegebeintum, waar we even wat
drinken. In het informatiecentrum is van alles te lezen over de terp.
Dit was met zijn negen meter, een van de hoogste terpen. Veel van de terp is
later afgegraven omdat de grond zo vruchtbaar was. Van de terp van Hegebeintum is nu nog een steil, maar markant gedeelte over. Boven op de
terp staat een
bijzonder kerkje
en voor een paar euro krijgen we een
persoonlijke rondleiding.
Binnen hangen een paar prachtige exemplaren van rouwborden. Dit zijn
borden versierd met veel symboliek en het wapenschild van de
overledenen. Dit hing vroeger een jaar aan de gevel van het sterfhuis
en verhuisde dan naar de kerk. De borden hier komen voornamelijk van de
adel van de nabijgelegen Harsta state. We leren veel van de rondleider,
en zo weten we nu de betekenis van de symbolen en waarom een wapenschild
een ruit (ongetrouwde vrouw), een ovaal (getrouwde vrouw) of een
vierkant (heer) heeft. Ook de herkomst van de uitdrukking ‘rijke
stinkerd’ wordt ons nu duidelijk. De rijken werden in de kerk ‘begraven’
en dat rook niet altijd even fris!
Als we de kerk weer uitkomen trekt de lucht dicht en voelen we de eerste
druppels. Het is nog maar zeven kilometer naar Holwerd en die leggen we
snel af. Hiermee sluiten we de Friese Elfstedentocht weer af. Het is een
mooi rondje om in 3 dagen te doen en behalve dat ik nooit meer vergeet
uit hoeveel steden de Elfstedentocht bestaat, weet ik voortaan ook om
welke steden het gaat en hoe ze eruit zien.
Dit was het weerbericht voor het weekend. En al met al hebben we maar
een paar spatjes regen gehad.

Terug naar de fiets site van Hans
Nadere informatie
Route
De route is volgens de bordjes 230 kilometer lang. Wij hebben in
totaal 258 kilometer gefietst. In het algemeen staat de route redelijk
goed aangegeven maar in de grote steden konden we het niet altijd
vinden. Friesland kent ook veel knooppunt routes. Het is handig om een
kaart hiervan mee te nemen voor als je de weg kwijt raakt.
Overnachten
Overnachten deden we bij ‘Vrienden op de
fiets’. In Bolsward kon ik geen overnachting boeken bij hun en
daarom hebben we een hotel genomen. Uit de Op Pad route had ik hotel ´de
Groene weide´. Is een aanrader als je van smartlappen midden in de nacht
houdt. Anders zou ik voor de Stadsherberg gaan.
Aanhaken
Je kunt in principe overal langs de route aanhaken en je eigen
etappes bepalen.
Internet
.Ik kwam de route tegen in het tijdschrift Op Pad.
Op deze link kun je meer informatie lezen.
GPS
Door hier te klikken, kun je tracklog
downloaden voor gebruik in een Garmin GPS.
|