Fietserpad
Fietsen van de Limburgse heuvels tot het Groninger wad

Inleiding   dag 1  dag 2  dag 3  dag 4  dag 5  dag 6  dag 7  praktische informatie

Donderdag 30 april

We hebben om half negen ontbijt, samen met een ander (ouder) echtpaar wat ook een paar dagen aan het fietsen is. Zij en de gastvrouw zijn elkaar aan het overtreffen in wie het best en het hardst haar verhaal kwijt kan. Wel vermakelijk om te zien, maar we zijn blij als we weer op de fiets zitten. Het weer ziet er goed uit. Toch duurt het wel een tijdje voordat het echt opgewarmd is.
Ondanks dat het Koninginnedag is zitten we veel in het buitenland. Een stuk van dit land stulpt in Nederland en in plaats van er omheen te fietsen, gaan we er doorheen.
Maar eerst volgen we de Dinkel een tijdje. Lutterzand hebben we al eerder gezien dus dat slaan we over. Er zijn vandaag meer fietsers op pad. Misschien omdat het een feestdag is?
Bij Singraven is daar gelukkig niets van te merken. Een losse wandelaar met hond, maar voor de rest hebben we het rijk alleen. Het park ligt er mooi bij en door het windstille weer krijgen we mooie reflecties in het water. We genieten van huis Singraven en zijn mooie ‘zichtas’ Bij het terras zijn ze de stoelen aan het drogen. Het zal hier vandaag wel druk worden.
In Ootmarsum merken we voor het eerst wat van de festiviteiten. We moeten lopen om door de drukte heen te komen. Het is een leuk stadje en valt ons op door de mooie winkels en mooie beelden. Saskia gaat verlekkerd van de een naar de ander. Maar we kopen alleen een appelgebakje voor bij de koffie, en we moeten een andere keer maar terug komen om verder te kijken want nu is het wat te druk. Het gebakje rijdt niet lang mee. Vlak buiten het plaatsje, op een berg, zetten we koffie en genieten we van het uitzicht en de appelflap.
Via Vasse komen we daarna vrij snel in Duitsland. Hier is geen oranje gevoel meer. In dit gebied hebben we al eerder gefietst en toen vonden we het erg saai. Dat is nu ook zo, ondanks dat we een andere route nemen. Bij een onwaarschijnlijke afslag gaan we het erf van een boerderij op. Het lijkt fout maar volgens de GPS zitten we toch goed. Uiteindelijk krijgt hij gelijk maar dan zitten we op een zandpad wat zo los en diep is, dat we zelfs een stukje moeten lopen. Het zijn sowieso veel zandpaden hier.
Bij de Vecht komen we op een grasweg en kunnen we weer voorzichtig fietsen. Uiteindelijk komen de ja-knikkers van Schoonebeek in zicht. Het ziet er hier erg industrieel uit en we nomineren dit als het minst mooie gebied van Nederland.
Inmiddels hebben we ook behoorlijk honger maar er is geen fatsoenlijk lunchplekje te vinden. Bij Vlieghuis is er eindelijk een bankje. De honger drijft ons hierheen maar het is het minst mooie plekje van de week doordat de autoweg er vlak langs loopt.
De route gaat verder door Schans ‘de Katshaar’. Bij schansen waren soldaten gelegerd om de vijand tegen te houden. In het boekje lezen we dat dit een lastig gebied was voor dames omdat ze of door het veen met de witte wieven’ moesten of langs de handtastelijke soldaten. Wij zien geen van beide maar de route is wel lastig want hij loopt dwars door het mulle zand van de schans. We ploeteren verder en mopperen dat dit niets toevoegt.
Inmiddels zitten we in Drenthe en komen we de karakteristieke kanaaltjes en stroompjes tegen. Via Oosterhesselen bereiken we Aalden (nu met een ‘d’ in plaats van een ‘t’). De GPS geeft aan dat de straat, waar we overnachten, vlak langs de route ligt. Dat is ook zo, maar wat de GPS niet zegt is dat nummer 28 nog wel vijf kilometer verderop ligt. Eerst het Landall park en dan de golfbaan en dan weilanden en dan weer niets. Uiteindelijk komen we op de woonboerderij waar ik Nienke, onze hospita, wel eens zal vertellen dat ze me wat beter voor had moeten lichten. Ik had haar namelijk gevraagd of we dichtbij konden eten. Daarop zei ze dat er in Aalden genoeg gelegenheid was maar ik heb geen zin om nog weer vijf heen en vijf terug te fietsen.
Maar Nienke ontvangst ons vrolijk en allerhartelijkst en mijn boosheid verdwijnt als sneeuw voor de zon. We hoeven niet naar Aalden terug want in Witteveen zit haar broer met een hotel/restaurant en daar kunnen we ook eten. En als haar man Peter dan ook nog aanbiedt om ons te brengen en halen met de auto dan valt er helemaal niets meer te klagen. Overigens maken we geen gebruik van dit aanbod en fietsen we gewoon heen en weer waarmee we het dagtotaal op 104 kilometer zetten.
De kamer is prima en de douche is prachtig, zij het dat er toch een paar ontwerpfoutjes in zitten. Het water loopt niet naar het putje en de condens afvoer is zo slecht, dat het de volgende morgen nog steeds nat is in de douche. Daarnaast heeft de trekker een ministeeltje omdat Nienke in een rolstoel zit, en ik ga bijna door mijn rug als ik de vloer veeg.
We eten uitstekend in Witteveen. Ik heb een vispotje en Saskia een vleespotje. Thuis kijken we nog even naar het drama van de aanslag op de Koningin. Wat zijn er een malloten in de wereld… Daarna pakken we de boeken, maar we liggen er toch weer vroeg in. Morgen een lange dag naar huis toe.


Singraven in de ochtendspiegeling

Landgoed Singraven

De zichtas

De watermolen van Singraven


Naar de Vecht, hier is echt niet meer te fietsen.

En hier iets beter, langs de Vecht.

En hier weer asfalt, nog steeds de Vecht.

Ja-knikkers bij Schoonebeek

Alpaca's in Drenthe.
Naar de vorige dag Naar de volgende dag

Terug naar de fiets site van Hans