Zondag 18 juli: Florence
Om half zeven gaat de wekker.
Eigenlijk is dit het ritme dat we de hele vakantie aanhouden.
Vandaag heeft dit te maken met het feit dat we vroeg bij het Uffizi
museum willen zijn. Later omdat het ’s ochtends nog koel is en je
dan beter al op de fiets kunt zitten. We gaan ook meestal rond een
uur of tien slapen en ik houd het maar zolang op een matje uit. Al
met al is het een tijd die we uiteindelijk prettig vinden. De eerste
keer dat ik uitslaap in de vakantie is wanneer we weer thuis zijn in
Baflo.
Om half acht lopen we al naar de
stad. Het is nu nog een beetje koel en dat voelt heerlijk. Gisteren
hebben we gehoord dat het bij opening van het museum niet zo druk is
en daar gaan we dan maar voor. Bij een bar doen we staande een
cappuccino en een croissantje. Voor
de koffie betalen we €1,20. Er lopen mensen in en uit. Haast in de
loop wordt de koffie geconsumeerd. Later herken ik een paar van hen
als suppoosten in het museum. Daarna
naar het museum. Om kwart over acht staat daar een rijtje van
ongeveer 30 mensen en om half negen gaat het open. Krenten als we
zijn, hebben we niet gereserveerd. Dat kon via Internet maar dan
betaal je twee keer zoveel voor een kaartje.
Binnen is het niet druk en we
kunnen overal goed kijken. Naast dat het een prachtig gebouw is,
hangt er ook prachtig spul. Van Botticelli ben ik erg onder de
indruk en met name La Callunia
gooit hoge ogen. En er hangen ook werken van Caravaggio, da
Vinci en Rembrandt. Je zou er wel dagen kunnen rondkijken, maar het
wordt allengs drukker en we willen ook nog meer van de stad zien.
In hetzelfde tentje als
vanochtend nemen we opnieuw een cappuccino en een broodje maar nu
gaan we zitten. Voor dat (zit)genot betalen we natuurlijk. De koffie
is ineens twee keer zo duur geworden. Daarna naar de Duomo. Je zou
zeggen dat een kerk op zondag open is, maar hier kunnen we toch echt
niet in. Of dat door de dienst komt of dat hij gewoon niet open is,
wordt me niet duidelijk. We slenteren wat door de stad. Overal zijn
marktkraampjes met leer. Ik heb een nieuwe portemonnee nodig en ding
af. Eigenlijk noem ik alleen een prijs die een paar euro lager is en
de man gaat meteen akkoord. Dit geeft me toch nog het gevoel dat ik
nog steeds teveel betaald heb.
Het ene gebouw is nog mooier dan
het andere en na een tijdje heb je het allemaal wel gezien. Voor de
Duomo eten we nog een broodje en drinken we wat. De deuren zijn een
meesterwerk en ik verbaas me weer over het feit dat alles hier zo op
straat staat. Het zou eigenlijk in een museum thuis horen. Wat dat
betreft is Florence gewoon één groot openlucht museum. We komen ook
nog langs het varkentje en omdat Saskia niet alleen terug wil naar
Florence moet ik hem ook bij de neus nemen.
Om bij te komen gaan we naar de
tuinen van Bobili. Eigenlijk meer
voor de rust dan voor de tuinen want die zien er verdacht
geel en dor uit. Kan ook niet anders met deze warmte. In de schaduw
doen we een dutje in het gras. Het voelt inmiddels weer als een oven
en mijn natte doek doet goede diensten. Mensen zullen zich wel
afvragen wat ik met die dweil over mijn hoofd doe maar dat kan me
niets schelen.
Op half vier zijn we terug op de
camping. Wat lezen en in de bar van de camping gaan we een biertje
drinken en mensen kijken. Een Nederlandse jongen en meisje staan
achter ons en hebben we ruzie horen maken. In de bar zitten ze nog
wel aan één tafeltje maar ze zijn lichtjaren van elkaar verwijderd.
Vlak naast de piazza Michelango
ligt een eethuisje. Om authentiek te blijven heet het ook
Michelangelo. Omdat we geen zin meer hebben om naar de stad te lopen
om te eten, schuiven we daar maar aan. Het uitzicht over de stad is
ongeëvenaard en ik worstel nog met de Italiaanse eetgebruiken. Primo
piatto, secundo piatto… Het is allemaal net geen maaltijd en twee
van die schotels is weer teveel voor ons. We nemen maar een
voorgerechtje en dan een pizza. In totaal moeten we €68,= afrekenen.
Een forse prijs maar dat is dan inclusief uitzicht.
Buiten nemen we nog een
Italiaanse ijsco en lopen dan terug over piazza Michelangelo. De zon
is aan het ondergaan. Om daarvan te genieten hebben ze een heuse
tribune gebouwd en hij zit ook nog afgeladen vol. Met eromheen ook
nog een grote menigte. De zon doet zijn best en de hemel kleurt van
lichtrood naar
scharlaken rood en dan naar dieprood. De menigte houdt zijn adem in
en als hij tenslotte helemaal achter de horizon verdwijnt klinkt een
daverend applaus. Rare jongens, die Florentijnen. In de tent is het zo mogelijk nog heter dan gisteren. Even na tienen liggen we erin. Morgen gaan we gelukkig weer naar huis. Klik op een foto hieronder om hem groter te zien. Je kunt daarna bladeren met de pijtjestoetsen
|