Maandag 19 juli: Florence - Monte di Fó
Gefietst: 56 km (totaal 64,4)
Weer: Zonnig en erg warm

Om half zeven gaat de wekker en het kost geen moeite om eruit te komen. We stappen vandaag op de fiets. Naar huis! Na douchen, ontbijten en afrekenen zitten we om acht uur op de fiets waar we ons door de drukke ochtendspits van Florence worstelen.  In de buitenwijken is Florence een gewone stad en zie je pracht en praal er niet meer aan af. Het is dan wel geen Hollandse stad maar we fietsen gewoon langs huizen, winkeltjes, afval en veel geparkeerde auto’s. Het duurt even maar dan zijn we buiten stad. Een opluchting.

Het leek een gemakkelijke etappe te worden. ‘Maar’ 56 km. Wat we nog niet goed gerealiseerd hadden is dat deze 56 kilometers veelal omhoog lopen. Het eerste stuk is al flink klimmen. Als we even buiten de stad zijn willen we een koffie doen. Er zijn hier geen picknickbankjes dus we zitten in een olijfboomgaard. Ook fijn. Voor het eerst in mijn leven zie ik daar een bloeiende artisjok. Met de nodige cafeïne in de pens gaat het verder.

Het is alweer erg heet en dat merken we aan de waterconsumptie. Ik heb anderhalve liter mee voor de koffie, thee en soep. Daarnaast nog een bidon van driekwart liter. Die is al bijna op. Onderweg komen we andere fietsers tegen die ook uit ‘onze’ bus zijn gestapt. Jan en Minke hebben het ook zwaar in de hitte. We zullen ze de komende weken vaker tegenkomen.

Er is vandaag één cache onderweg en ook nog een bijzondere. Want in het naastliggende kerkje hangt een ‘naakte Christus’.

Op kruisbeelden wordt Christus bijna altijd met lendendoek afgebeeld. Op deze, door Donatello gemaakt, is hij echter naakt. Donatello was een ‘realist’. Hij beeldde meestal de man en vrouw van de straat af en voor hem was het duidelijk dat de arme man naakt aan het kruis hing. Voor zijn tijdgenoten was dit wel schokkend. Brunelleschi, een vriend van hem, riep uit: ‘Je hebt een boer afgebeeld, niet onze verlosser!’.

In de kunstgeschiedenis is een naakte Christus een bijzonderheid. Het benadrukken van de menselijke kant van Jezus kan gezien worden als ketterij en daarnaast is er nog een ongeschreven regel in de beeldhouwkunst: “Beeld nooit de dood van een God af”. Meestal kijkt de Christus omhoog naar de hemel of naar Maria en ziet er nog levendig uit. Donatello laat een gewonde, lijdende man zien die op het punt van sterven staat. Maar kijkend naar deze naakte en verlaten Christus geeft je een gevoel van barmhartigheid en begrip van de werkelijke betekenis van het beeld: de dramatische eenzaamheid van de mensheid voor het mysterie van leven en dood.

Goed, daar keken we dus ontzetten naar uit. We hebben hem niet kunnen zien. Want de kerk en het bijbehorende museum was dicht. ‘Geen probleem’ denk ik en ik bel aan. Een man (die onmiskenbaar een broeder moet zijn want wie loopt er tegenwoordig nog in een pij) doet open. Met handen en voeten vraag ik of we erin kunnen. ‘Kan niet’ zegt hij, ‘we zijn aan het bidden’. Om vijf uur kunnen we erin. Het is nu half een. Zo lang willen we niet wachten. Goed, dan maar bedelen om water. Ik laat hem een lege bidon zien en vraag of ik hem even mag vullen. Daar trapt hij niet in. De bidon wordt aangepakt en de deur gaat weer dicht. Even later komt hij met een grote fles koud water terug. Ook lekker maar ik was liever even naar binnen gegaan. Later heb ik op internet een foto opgezocht. Niet echt, maar toch een goed alternatief. O ja, de cache hebben we overigens wel gevonden.

Daarna gaat het verder. Verder betekent in dit geval alleen maar omhoog. We hebben wel eerder geklommen. We hebben ook wel eerder met zoveel bagage gefietst. En we hebben ook wel eerder in grote hitte gefietst. Maar niet alle drie tegelijkertijd. Met name Saskia heeft het zwaar en moppert, vloekt en tiert onderweg. Ik probeer een beetje uit de buurt te blijven maar als haar kettingkast vastloopt moet ik even assisteren.
Even verderop gaat ze volledig in staking. Ze fietst geen meter verder. Foeterend stopt ze op een lelijke parkeerplaats waar een kaalslag van bomen is. Een stukje terug heeft ze een mooi bankje in de schaduw gezien en daar zijn we niet gestopt. De verlangen naar dit bankje hangt als een mist om haar heen en vertroebelt het zicht op het Toscaanse landschap. Ik maak een kopje thee en ik kan haar weer mee lokken op de fiets.

Op de paso di Futa komen we ongeveer om 4 uur bij de camping aan. Jan en Minke zijn hier ook al. Eerst een koude cola want we zijn liters vocht verloren. Dan een koud biertje. Het is een omaatje die de receptie doet. Ze spreekt alleen Italiaans maar op de een of andere manier begrijpen we elkaar uitstekend. Ze laat me een plekje zien en vraagt of het goed is. Wel op steentjes (gravel) maar in de schaduw.  ‘Si, si’, ik vind het prima.
De tent wordt opgezet en ik ga douchen. Die is wat minder goed. De druppels zijn zo klein dat ze, niet gehinderd door de zwaartekracht, bijna omhoog willen vallen. In deze mist lukt het maar net om het zout van mijn huid te schrobben. We koken bij de tent. Rijst met ham en een of andere smurrie. Het smaakt prima en bij mijn vriendin van de receptie weet ik een kannetje wijn en nog een bier te regelen.

Na het eten lopen we een rondje over de camping. Het zijn veel permanente plekken waar ze allerlei keten tegen de caravans hebben gebouwd. Nu de zon onder is, koelt het flink af. We zitten dan ook bijna op 800 meter hoogte. Mijn trui zit onderin de fietstas maar ik diep hem toch even op. En voor de warmte (!) gaan we in de bar bij de receptie zitten. Geen vergissing mogelijk, dit is Italië. Aan een tafeltje zitten oude mannetjes te kaarten. Dit gaat met veel gebaren en staccato uitroepen. De tafel ernaast zitten hun vrouwen te beppen. De camping wordt gerund door drie generaties. Om half tien gaan ze eten. Natuurlijk spaghetti en de kindertjes krijgen eerst. Het lijkt heel gezellig en gemoedelijk maar de kinderen krijgen wel een draai om de oren als ze te weinig pasta naar binnen werken en wel aan het toetje beginnen. De tv staat te blèren en de kinderen spelen met Nintendo’s.  Maar het lijkt erop dat niemand zich ergens druk om maakt. Ik heb geen boek nodig, dit is haast als televisie kijken. Om tien uur hebben we het toch gehad en kruipen in de slaapzak. Vannacht heb ik geen natte handdoek nodig maar een pyjama. Ik luister nog even naar Kate Bush maar haal het tweede nummer al niet meer. Daar hebben de inspanning en de buitenlucht voor gezorgd. In coma tot de wekker gaat.

Klik op een foto hieronder om hem groter te zien. Je kunt daarna bladeren met de pijtjestoetsen

               
Vorige dag Overzicht Volgende dag