Het
was vannacht onrustig in de kamer. Gisteren spraken we onze kamergenoot
toen we naar bed gingen. Hij probeert in Frankrijk, Luxemburg en België
een nieuwe energiedrank en -reep te introduceren. Blijkbaar is er weinig
startkapitaal want anders ga je niet in hostels slapen. In elk geval
zouden we niet in conflict komen met de douche want hij moet er om vijf
uur uit.
Dat gebeurt ook. Hij doet het vrij stilletjes maar om zes uur zit hij
weer in de kamer te rommelen. Denken we. Het blijkt iemand anders te
zijn. Een nieuwe gast die om zes uur (!) 's ochtends zijn bed op begint
te maken. In de halfslaap hebben we het niet zo door want hij is, net
als de vorige gast, gekleurd maar als we wat zeggen, dan blijkt dat hij
ineens geen Frans meer praat. In elk geval taait hij weer af en laat ons
in verwarring achter. Als we ons aan het aankleden zijn komt hij terug
om zijn tas te brengen. Daarna zien we hem niet weer omdat we zelf ook
weggaan. Het geeft ons in elk geval stof om de eerste kilometers over te
praten.
Via fietspaden verlaten we de stad. En het blijven fietspaden de eerste
40 kilometer. We volgen de rivier de Alzette. Rivieren zijn mijn
vrienden. Rivieren betekent voornamelijk vlak fietsen. De fietspaden
zijn mooi aangelegd met strak asfalt. Duidelijke bordjes en om de
honderd meter een bankje om uit te rusten of te picknicken. Er is zelfs
een speciaal aangelegde plaats waar je onder dak of buiten kunt zitten
en er is een kraan. En toevallig ook een cache. Het is een nano ter
grootte van een M4 moertje en hij is lastig te vinden want hij zit in de
handrem van een oude racefiets die hier aan de muur hangt. Kun je het
nog volgen?
In Pettingen zijn de restanten van een oud kasteel te zien. We stoppen
even om het bordje te lezen. Dat kan nu want het is voornamelijk Duits
hier. We lezen het aloude bekende verhaal van de jonkvrouw in de burcht.
De ridder komt langs. Jonkvrouw wordt verliefd en krijgt een kind. Het
is een meisje en de ridder wilde een jongen. Ridder doodt het meisje en
gaat er vandoor. Jonkvrouw wordt spook en verschijnt tot in de
eeuwigheid op duistere nachten op de kasteelruïnes. We kennen het
allemaal al wel.
We fietsen langs Colmar en Berg. In deze laatste plaats woont de
groothertog. Dan langs het prachtige kasteel van Birtrange en zo komen
we in Ettelbrück. De super blijkt hier vlak aan de weg te zitten.
Vanavond eten we salade, nasi en een toetje. In Ettelbrück verruilen we
de Alzette voor de Sûre.
Hier wordt het dal ook smaller. De Sûre heeft deze in de loop van de
tijd uitgesleten. Hij is niet zo breed en zo diep als de Gorges in
Frankrijk maar hij is net zo prachtig om doorheen te fietsen. Het dal
wordt gevuld door de rivier, een treinspoor en een weg, die de
beschikbare ruimte moeten delen. Er is geen fietspad meer, maar de weg
is niet druk. In een weiland, aan de rivier, nemen we even pauze en eten
een boterham. Daarna slingeren we langzaam richting Wiltz. Het doet hier
wat Duits aan. Grote hoekige huizen in vrolijke kleuren. Ook de
plaatsnamen geven het idee dat je in Duitsland bent. Michelau,
Lippenscheid, Goebelsmuhle.
We besluiten de grote klim naar Wiltz (4 kilometer 6%) te bewaren tot
morgen. Langs de rivier zijn campings genoeg. We kiezen er een van en
tot onze verbazing worden we in het Nederlands ontvangen op camping
Berkel. Voor €12 kunnen we een plekje uitzoeken. Douchen kost €1. Ze
hebben een biertje en wijn te koop, dus het is weer helemaal goed. Op de
camping staan veel Nederlanders op vaste standplaatsen. Blijkbaar is het
gemakkelijk te rijden vanuit Nederland. Wel raar om na twee en halve
week Frans praten, we nu ineens weer in het 'Nederlands' te zitten. Het
weer is prima. Van de 17 graden vanochtend is het weer lekker opgewarmd
naar een comfortabele 25. In de zon genieten we van de namiddag.

Klik op een foto hieronder om hem groter te zien. Je kunt daarna
bladeren met de pijtjestoetsen